Operatie Z: hoe Sovjet-azen de Japanse kamikaze-tactieken leerden. Goddelijke Wind: Kamikaze

Je zoon ging eindeloos trots het nergens in
Een speeltje waarvan de fabriek twee uur meegaat.
Wesp kwam vast te zitten in de aorta's van de vijand
Zijn houten vlammende "Kokusai".

Deze vliegtuigen zijn ontworpen voor slechts één vlucht. Een enkeltje. Ze waren gemaakt van berkenmultiplex, uitgerust met verouderde, buiten gebruik gestelde motoren en zonder wapens. Hun piloten hadden het laagste opleidingsniveau, het waren nog maar jongens na een paar weken training. Een dergelijke techniek had alleen in Japan kunnen ontstaan, waar een mooie dood verlossing kon brengen, hoe zinloos en leeg een leven ook was. Uitrusting voor echte helden.

Dit is hoe de meisjes ze afzagen:

Kamikaze-vliegtuigen

In 1944 stonden vooral de Japanse militaire uitrusting en de luchtvaart hopeloos achter op hun westerse tegenhangers. Er was ook een tekort aan opgeleide piloten, en nog meer aan brandstof en reserveonderdelen. In dit opzicht werd Japan gedwongen de luchtoperaties ernstig te beperken, wat zijn toch al niet erg sterke positie verzwakte. In oktober 1944 vielen Amerikaanse troepen het eiland Suluan aan: dit was het begin van de beroemde Slag om de Golf van Leyte nabij de Filippijnen. De eerste luchtvloot van het Japanse leger bestond uit slechts 40 vliegtuigen en kon de marine geen noemenswaardige steun bieden. Het was toen dat vice-admiraal Takijiro Onishi, commandant van de Eerste Luchtvloot, een grotendeels historische beslissing nam.

Op 19 oktober zei hij dat hij geen andere manier zag om de geallieerde strijdkrachten merkbare schade toe te brengen dan door piloten in te zetten die bereid waren hun leven te geven voor hun land en hun vliegtuig, gewapend met een bom, neer te halen op een vijand. schip. De voorbereiding van de eerste kamikazes duurde ongeveer een dag: al op 20 oktober werden 26 op lichte vliegdekschepen gebaseerde Mitsubishi A6M Zero-jagers omgebouwd. Op 21 oktober werd een testvlucht gemaakt: het vlaggenschip van de Australische vloot, de zware kruiser Australia, werd aangevallen. De kamikazepiloot veroorzaakte geen al te ernstige schade aan het schip, maar niettemin stierf een deel van de bemanning (inclusief de kapitein) en kon de kruiser enige tijd niet deelnemen aan gevechten - hij onderging reparaties tot januari 1945. Op 25 oktober werd de eerste succesvolle kamikaze-aanval in de geschiedenis uitgevoerd (tegen de Amerikaanse vloot). Nadat ze 17 vliegtuigen hadden verloren, brachten de Japanners één schip tot zinken en beschadigden er nog zes ernstig.

In feite is de cultus van een mooie en eervolle dood in Japan al eeuwenlang bekend. De dappere piloten waren bereid hun leven te geven voor hun vaderland. In de overgrote meerderheid van de gevallen werden bij kamikaze-aanvallen conventionele vliegtuigen gebruikt die waren omgebouwd om één zware bom te vervoeren (meestal waren dit in massa geproduceerde Mitsubishi A6M Zero's met verschillende aanpassingen). Maar er werd ook ‘gespecialiseerde uitrusting’ ontworpen voor kamikazes, gekenmerkt door eenvoud en lage ontwerpkosten, de afwezigheid van de meeste instrumenten en de kwetsbaarheid van materialen. Dit is waar we het over zullen hebben.

Mitsubishi A6M Reisen, beter bekend als "Nul"(of "Rei shiki Kanjo sentoki" in het Japans) was veruit de meest geproduceerde Japanse jachtbommenwerper uit de Tweede Wereldoorlog. De productie begon in 1939. In de aanduiding geeft "A" het type vliegtuig (gevechtsvliegtuig) aan, "6" - het model (het verving zojuist het model "5", geproduceerd van 1936 tot 1940 en was in dienst tot 1942), en "M" - “Mitsubishi” " Het vliegtuig kreeg de bijnaam “Zero” voor de nomenclatuur van model 00, die voortkwam uit de laatste cijfers van het jaar van de start van de massaproductie (2600 volgens de Japanse kalender, ook bekend als 1940). Een groep van de beste ingenieurs van Mitsubishi, onder leiding van ontwerper Jiro Horikoshi, kreeg de opdracht om aan Zero te werken.

"Zero" werd een van de beste gevechtsvliegtuigen op vliegdekschepen uit de Tweede Wereldoorlog. Het onderscheidde zich door een zeer hoog vliegbereik (ongeveer 2600 kilometer) en uitstekende manoeuvreerbaarheid. In de eerste veldslagen van 1941-42. hij had geen gelijke, maar tegen de herfst van 1942 begonnen de nieuwste “Air Cobra’s” en andere, meer geavanceerde vijandelijke vliegtuigen in steeds grotere aantallen boven het slagveld te verschijnen. Reisen raakte in slechts zes maanden verouderd en er was geen waardige vervanging voor. Niettemin werd het tot het einde van de oorlog geproduceerd en werd daardoor het populairste Japanse vliegtuig. Het had meer dan 15 verschillende aanpassingen en werd geproduceerd in hoeveelheden van meer dan 11.000 exemplaren.

"Zero" was erg licht, maar tegelijkertijd behoorlijk kwetsbaar, omdat de huid van duraluminium was gemaakt en de pilotencabine geen pantsering had. De lage vleugelbelasting maakte het mogelijk een hoge overtreksnelheid (110 km/u) te garanderen, dat wil zeggen de mogelijkheid om scherpe bochten te maken en een grotere manoeuvreerbaarheid. Bovendien was het vliegtuig uitgerust met een intrekbaar landingsgestel, wat de aerodynamische parameters van het vliegtuig verbeterde. Tenslotte was het zicht in de cockpit ook uitstekend. Het vliegtuig moest worden uitgerust met de nieuwste technologie: een volledige set radioapparatuur, inclusief een radiokompas, hoewel de uitrusting van het vliegtuig in werkelijkheid natuurlijk niet altijd overeenkwam met wat gepland was (bijvoorbeeld naast commandovoertuigen, de Zero was niet uitgerust met radiostations). De eerste aanpassingen waren uitgerust met twee kanonnen van 20 mm en twee machinegeweren van 7,7 mm, plus bevestigingspunten voor twee bommen met een gewicht van 30 of 60 kilogram.

De allereerste gevechtsmissies van de Zero bleken een briljant succes voor de Japanse luchtvloot. In 1940 versloegen ze de Chinese luchtvloot in een demonstratiegevecht op 13 september (volgens niet-geverifieerde gegevens werden 99 Chinese jagers neergeschoten tegenover 2 van de Japanners, hoewel volgens historicus Jiro Horikoshi niet meer dan 27 “Chinezen” werden gedood ). In 1941 behielden de Zero's hun reputatie met een reeks overwinningen in uitgestrekte gebieden van Hawaï tot Ceylon.

De Japanse mentaliteit werkte echter tegen Japan. Hoewel ze ongelooflijk wendbaar en snel waren, werden de Zero's ontdaan van alle bepantsering en weigerden de trotse Japanse piloten parachutes te dragen. Dit leidde tot een voortdurend verlies van gekwalificeerd personeel. In de vooroorlogse jaren ontwikkelde de Japanse marine geen systeem voor massatraining van piloten - deze carrière werd opzettelijk als elitair beschouwd. Volgens de memoires van piloot Sakai Saburo ontving de vliegschool in Tsuchiura waar hij studeerde - de enige waar marineluchtvaartjagers werden opgeleid - in 1937 anderhalfduizend aanmeldingen van potentiële cadetten, selecteerde hij 70 mensen voor training en tien maanden later 25 piloten afgestudeerd. In de daaropvolgende jaren waren de aantallen iets hoger, maar de jaarlijkse ‘productie’ van jachtpiloten bedroeg ongeveer honderd mensen. Bovendien begon de Zero met de komst van de lichte Amerikaanse Grumman F6F Hellcat en Chance Vought F4U Corsair snel achterhaald te raken. De wendbaarheid hielp niet meer. Grumman F6F Hellcat:

"Mitsubishi" begon snel wijzigingen aan te brengen in het ontwerp en "produceerde" aanpassingen aan het vliegtuig: "A6M3" typen 32 en 22, "A6M4", "A6M5" type 52. Deze laatste (in de "Hei" -modificatie) kreeg een gepantserde rug en een gepantserde hoofdsteun voor de piloot. De meeste aanpassingen waren bedoeld om de manoeuvreerbaarheid verder te vergroten, zoals het handelsmerk "Zero", en om de vuurkracht, inclusief de vuursnelheid, te vergroten. De snelheid van Model 52 werd verhoogd tot 560 km/u.

Wij zijn het meest geïnteresseerd in modificatie "Mitsubishi A6M7", speciaal ontwikkeld voor kamikaze-aanvallen en een aanpassing van de Mitsubishi A6M5, die vanwege zijn massaproductie meestal voor dezelfde doeleinden werd omgebouwd. Bij de eerste gevechten in oktober en november 1944 werden met de A6M5 de volgende acties uitgevoerd: machinegeweren en kanonnen werden ontmanteld en onder de romp werd een bom van 250 kilogram geïnstalleerd.

Hoewel de A6M7 een 'zelfmoordvliegtuig' was, had hij niet alleen een bom aan boord, maar ook twee machinegeweren met een vleugel van 13,2 mm, waardoor hij vóór de laatste aanval als duikjager kon worden gebruikt. Het enige dat hem echt onderscheidde van het A6M6-model was een goedkopere, vereenvoudigde versie van de Nakajima Sakae 31b-motor zonder injectiesysteem met water-methanolmengsel. Bovendien werden er twee extra brandstoftanks van 350 liter in het vliegtuig geïnstalleerd om het vliegbereik te vergroten. Dit maakte het mogelijk om vanaf een grotere afstand toe te slaan. Rekening houdend met het feit dat er brandstof werd bijgetankt voor een enkele vlucht, werd de afstand die het zelfmoordvliegtuig aflegde bijna verdubbeld, wat bijdroeg aan de "verrassing" van de Japanse aanvallen op de geallieerde vloot.

In totaal voerden 530 vliegtuigen van het type A6M dodelijke aanvallen uit, hoewel meer dan 1.100 vertegenwoordigers van dit model werden omgebouwd voor de behoeften van kamikazes. Opgemerkt moet worden dat de voorgangers van de Zero, het A5M-model, die aan het einde van de oorlog volledig verouderd waren, ook actief werden gebruikt voor dodelijke aanvallen. Eigenlijk maakten bijna alle laatst overgebleven ‘vijfde’ modellen, tot het uiterste versleten, op deze manier een einde aan hun leven.

Ondanks het feit dat de A6M niet specifiek ontworpen was voor kamikazes, werd hij het meest voorkomende bemande projectiel van de Tweede Wereldoorlog en werd hij in deze hoedanigheid gebruikt in vrijwel elke luchtgevecht waarbij de Japanse vloot betrokken was.

Nakajima Ki-115 Tsurugi werd het eerste en feitelijk het enige vliegtuig dat speciaal voor kamikaze-aanvallen was ontworpen. De ontwikkeling ervan begon in januari 1945, toen de ‘voorraden’ van oude, versleten vliegtuigen die geschikt waren om tot vliegende doodskisten te worden omgebouwd, begonnen op te raken. De taak voor de ontwerpers was eenvoudig: lichtheid, snelheid, manoeuvreerbaarheid. Geen wapens (behalve bommenrekken) of pantsering. Maximale lage materiaalkosten en fabricagegemak. De ontwerper van het bedrijf Nakajima, Aori Kunihara, werd benoemd tot hoofdingenieur.

Het ontwerp van de Ki-115 werd vereenvoudigd tot op het punt van absurditeit. Zo'n vliegtuig zou onder vrijwel alle omstandigheden "op de knie" kunnen worden gemonteerd en uitgerust met absoluut elke motor met een vermogen van 800 tot 1300 pk. Het frame was gelast van stalen buizen, de motorkap was gemaakt van plaatstaal, de romp was gemaakt van duraluminium en het staartgedeelte had een stoffen bekleding. Eén bom van 800 kilogram werd in een uitsparing onder de romp bevestigd. De cockpit was open en er was een vizier op de voorruit geschilderd, waardoor het gemakkelijker werd om het doelwit te raken.

Eigenlijk was het vliegtuig bedoeld om door ongeschoolde arbeiders uit schrootmateriaal te worden geproduceerd en door ongeschoolde piloten te worden gevlogen. Toegegeven, het vliegtuig was behoorlijk moeilijk te besturen op de grond. Het landingsgestel was alleen bedoeld om op te stijgen en werd weggegooid zodra het vliegtuig opsteeg. Voor de kamikaze was er geen weg meer terug. Hier is het bedieningspaneel van dit vliegtuig:

Ze probeerden de vliegtuigen te verbeteren, bijvoorbeeld door ze uit te rusten met raketboosters, maar voor dergelijk werk was er feitelijk geen tijd meer. Ze produceerden ook verschillende prototypes van de “Otsu” -modificatie met grotere houten vleugels. Er werden in totaal 105 exemplaren van het Ki-115-vliegtuig vervaardigd, maar de geallieerden hoorden na de oorlog van hun bestaan. Geen enkel ‘Zwaard’ (zoals ‘Tsurugi’ wordt vertaald) werd ooit gebruikt tijdens gevechten.

Er was echter een ander model dat ‘vanaf nul’ werd ontwikkeld, specifiek voor zelfmoordaanvallen. Het was een vliegtuig Kokusai Ta-Go. Het werd begin 1945 ontwikkeld door een groep officieren onder leiding van vliegtuigtechnicus Yoshiuki Mizuama.

Het vliegtuig was volledig gemaakt van hout (houten en multiplex latten op een metalen frame) en canvas, alleen het landingsgestel en de motorsteun waren van metaal. De krachtbron was een Hitachi Ha-47-lijnmotor met een vermogen van 510 pk, en het vliegtuig was bewapend met één bom van 500 kilogram. Zelfs de motorkap was gemaakt van multiplex en niet van tin, zoals bij andere ‘wegwerp’-ontwerpen.

Kenmerkend was dat het vliegtuig helemaal geen afgeronde oppervlakken had, maar in feite was samengesteld uit houten platen. Dit maakte het mogelijk om zelfs in een timmerwerkplaats een auto te maken. Het landingsgestel was helemaal niet intrekbaar, de schokdempers waren gemaakt van gewoon rubber en de staartspijker was, in plaats van het derde wiel, gemaakt van gelaste buizen. Instrumenten in de cockpit waren onder meer een kompas, snelheidsmeter en hoogtemeter. Het vliegtuig was licht en tamelijk langzaam; het enige wapen dat het kon vervoeren was een bom van 100 kg.

In juni 1945 vertrok de enige experimentele Kokusai. Tot het einde van de oorlog slaagden de Japanners er niet in om "Bamboo Spears" ("Ta-Go") in massaproductie te brengen.

In 1945 werd een ander gespecialiseerd kamikazevliegtuig ontwikkeld: Mitsubishi Ki-167. In tegenstelling tot zijn ‘broers’ was het Ki-167-model een bommenwerper, en bovendien behoorlijk zwaar. Gegevens over dit vliegtuig zijn tegenstrijdig, maar de meeste bronnen zijn het erover eens dat op 17 april 1945 drie Ki-167-vliegtuigen een gevechtsmissie uitvoerden in het gebied van Okinawa. Omdat ze het doel niet konden vinden, keerden twee vliegtuigen terug naar de basis (het landingsgestel van deze vliegtuigen was niet gevallen) en het derde bracht zijn bom om technische redenen tot ontploffing. De enige foto van dit vliegtuig:

Het basismodel voor de Ki-167 was de Ki-67 Hiryu medium torpedobommenwerper, die eind 1943 in dienst kwam. Model 167 was uitgerust met een enorme Sakuradan-bom van 2900 kilogram. Om een ​​dergelijk gewicht te kunnen vervoeren, werd de aerodynamica van het vliegtuig serieus gemoderniseerd. De documentatie voor de Ki-167 is na de oorlog vernietigd, dus er is vrijwel geen specifieke informatie over.

Maar waarschijnlijk was het beroemdste kamikazevliegtuig, dat in veel films verscheen en in boeken werd beschreven, het legendarische projectielvliegtuig Yokosuka Mxy7 Ohka. Zijn project werd in de herfst van 1944 ontwikkeld door een groep onderzoekers van de Universiteit van Tokio onder leiding van voormalig gevechtspiloot Mitsuo Ota. In tegenstelling tot een gewoon vliegtuig had het Ohka-projectiel helemaal geen landingsgestel en was het uitsluitend bedoeld voor lancering vanaf een vliegdekschip. Het vliegtuig was volledig van hout gemaakt en kon met ongeschoolde arbeid worden vervaardigd. Er werden drie raketboosters op geïnstalleerd.

Het gebruikte vliegdekschip was een speciale aanpassing van de zware bommenwerper Mitsubushi G4M2 Tei. Naast bevestigingen voor het projectielvliegtuig onder de romp, was deze aanpassing uitgerust met extra bepantsering, aangezien het de drager was die de verhoogde risicofactor was bij aanvallen door de Ohka-raket. De langzame en onhandige bommenwerper was vrij gemakkelijk neer te schieten, in tegenstelling tot een snel projectiel met raketboosters.

De eerste modificatie “MXY7 Ohka” droeg de index “11” en had een lading van 1200 kilogram in de boeg. Het doordringende vermogen van de vliegtuigprojectielen bleek monsterlijk: er is een geval bekend waarin een raket de Amerikaanse torpedobootjager Stanley volledig doordrong, waardoor hij van het zinken werd gered. Maar als de raket het doel raakte, was de vernietiging zeer groot. Het is waar dat het vliegbereik van het projectielvliegtuig meestal kleiner was dan de vernietigingsstraal van de luchtverdediging; daarom konden de raketten niet altijd met succes worden gelanceerd.

De Ohka werd voor het eerst gebruikt in maart 1945 en op 12 april werd het eerste schip, de torpedobootjager Mannert P. Abel, met behulp van deze vliegtuigen tot zinken gebracht. Let op de afmetingen van de bom:

Uiteraard stond de vooruitgang niet stil en moesten ontwerpers het ontwerp verbeteren. Verdere ontwikkeling van het ontwerp van het projectielvliegtuig leidde tot het verschijnen van de "Model 22" -modificatie. De nieuwe ontwikkeling was voornamelijk gericht op de lancering vanaf een geavanceerder en beschermd Kugisho P1Y3 Ginga-draagvliegtuig. Het was kleiner van formaat en had een veel lichtere lading (slechts 600 kilogram). Bovendien maakte de krachtigere Tsu-11 straalmotor het mogelijk om een ​​projectiel op grotere afstand van het doel te lanceren. Er werden in totaal 50 exemplaren van modificatie “22” vervaardigd en de eerste testvlucht vond plaats in juli 1945.

Vervolgens werden nog een aantal wijzigingen aan de Yokosuka MXY7 Ohka ontwikkeld (maar verlieten nooit de projectfase): model 33 (voor lancering vanuit een Renzan G8N1-vliegtuig), model 43a (voor lancering vanaf onderzeese katapulten - met opvouwbare vleugels; in de "b "vleugeltipmodificaties werden helemaal geschrapt), het Model 21 (in wezen een hybride van de modellen 11 en 22) en het door turbojet aangedreven Model 53. Van het 43 Wakasakura-model met een landingsski en een tweede cabine werden zelfs twee oefenexemplaren gemaakt, maar verder dan dat kwam het niet.

Juist vanwege de traagheid van de vliegdekschepen was de effectiviteit van het gebruik van vliegtuigprojectielen niet erg hoog. Veel piloten stierven zinloos; de verliezen voor de vijand waren niet zo groot. In dit opzicht noemden de Amerikanen Japanse projectielen in officiële documenten zelfs het woord “Baka” (“dwaas”).

Trouwens, vanwege het feit dat motoren, vooral raketmotoren, niet goedkoop waren, werden ook projecten van kamikaze-zweefvliegtuigen ontwikkeld, niet belast met bijvoorbeeld krachtbronnen, Yokosuka Shinryu. De ontwikkeling begon in mei 1945 onder leiding van ingenieur Sakakibara Shigeki. Er werd één prototype van een zweefvliegtuig vervaardigd en getest: het kon een lading van 100 kg dragen en accelereren tot 300 km/u. Het zweefvliegtuig werd vanaf de grond gelanceerd met behulp van stationaire Toku-Ro 1 Type 1 raketboosters. Ze startten slechts 10 seconden, maar dat was genoeg om te starten.

De tests waren niet succesvol: de piloot concludeerde dat het zweefvliegtuig erg moeilijk te besturen was en dat laaggeschoolde kamikazepiloten het simpelweg niet zouden kunnen besturen. Bovendien waren raketmotoren te duur en onvolmaakt. Het project voor het verbeterde Shinryu II-zweefvliegtuig bleef alleen op papier en al snel werd het werk aan het eerste model volledig ingeperkt.

Trouwens, in 1944 begon de ontwikkeling van een ander type 'zelfmoordtechniek'. Dit waren de legendarische Kaiten-torpedo's, gelanceerd vanaf onderzeeërs of schepen en bestuurd door zelfmoordterroristen. De piloot ging in de controlekamer van de geleide raket zitten, het luik was goed afgesloten.

De eerste Kaitens hadden een mechanisme voor het uitwerpen van de piloot, maar torpedobestuurders weigerden deze eenvoudigweg te gebruiken. In tegenstelling tot kamikazevliegtuigen had Kaitens vrijwel geen succes. Ze waren te duur om te vervaardigen en leidden tot personeelsverliezen. Ze bereikten zelden hun doel, omdat ze werden onderschept door vijandelijke vergeldingstorpedo's of anti-torpedo-verdedigingssystemen. In totaal werden tijdens de oorlog 10 groepen Kaiten-chauffeurs opgeleid, waarna hun productie werd ingeperkt.

Het moet gezegd dat veel Japanse vliegtuigen werden gebruikt voor kamikaze-aanvallen. Dit waren meestal verouderde, gepensioneerde modellen die haastig werden omgebouwd om één bom te vervoeren. Een aanpassing van de Kawasaki Ki-48 middelgrote bommenwerper ("Kawasaki Ki-48-II Otsu Kai"), gebouwd in 1939-1944, werd bijvoorbeeld voor soortgelijke doeleinden gemaakt, maar werd nooit in de strijd gebruikt. De Mitsubishi Ki-67 middelgrote bommenwerper had ook een kamikaze-modificatie: Mitsubishi Ki-67-I-Kai “To-Go”.

In 1945 werd ook een ontwikkelingsproject ontwikkeld voor het Nakajima Ki-115 Tsurugi-model genaamd Ki-119, maar deze machine bleef op papier. In de documenten wordt ook melding gemaakt van het Rikugun To-Go-vliegtuig, maar er is geen specifieke informatie over dit zelfmoordvliegtuig.

In 1944-45 trainden het Japanse leger en de luchtmacht ongeveer 4.000 kamikazes, die meer dan 300 geallieerde schepen tot zinken brachten of beschadigden. Er waren echter bijna drie keer zoveel vrijwilligers: er was niet genoeg materiaal. Veel ‘vrijwilligers’ kregen echter eenvoudigweg opdrachten. En ze konden het niet breken. Vóór de vlucht dronken twintigjarige zelfmoordterroristen een ritueel kopje sake en bonden hun hoofd vast met een witte strook stof met een rode cirkel (“hachimaki”).

En toen gingen ze met hun vliegtuigen de lucht in zonder landingsgestel en stierven voor het land waarvan ze meer hielden dan voor hun eigen leven.

Ervaren piloten fungeerden echter vaak als kamikazes. De bekendste zelfmoordpiloot was vice-admiraal Matome Ugaki. Op 15 augustus 1945 vertrok hij samen met andere piloten met de Yokosuka D4Y Suisei duikbommenwerper en stierf heldhaftig nabij het eiland Okinawa. Eigenlijk was zo'n dood zoiets als een analogie met de rituele zelfmoord van Seppuku, eervol voor een lange tijd. samoerai. Overigens pleegde de ‘vader van de kamikaze’, vice-admiraal Takijiro Onishi, kort voor de overgave van Japan, op 16 augustus 1945, ook rituele zelfmoord, toen duidelijk werd dat de oorlog verloren was.

Enkele voorbeelden van kamikazevliegtuigen zijn nog steeds te zien in Japanse musea. De gedachte dat iemand die aan boord van zo'n vliegtuig stapt, weet dat hij nooit meer naar huis zou terugkeren, zorgt ervoor dat hij zich afwendt en verdergaat naar andere tentoonstellingen.

P.S. In feite is "kamikaze" slechts een van de zogenaamde variëteiten "teishintai", vrijwillige zelfmoordterroristen, klaar om hun leven te geven voor hun thuisland. Teishintai werkte niet alleen in de luchtvaart, maar ook in andere militaire eenheden. Er waren bijvoorbeeld hele groepen zelfmoordparachutisten die zich bewapenden met bommen en deze op vijandelijk materieel lieten vallen. Teishintai op de grond werkte op precies dezelfde manier, waarbij vijandelijke officieren, radarpunten en andere objecten werden vernietigd ten koste van hun leven. Teishintai gebruikte soms kleine boten en geleide raketten om hun aanvallen op het water te lanceren.

PPS Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog werden in Duitsland ook vliegtuigen voor zelfmoordpiloten ontwikkeld. De Fi-103R “Reichenberg” vliegende bom (modificatie “Fi-103R-IV”) werd omgebouwd tot een bemand vliegtuig. Er werd een vrijwillige zelfmoordploeg gerekruteerd en er werden zelfs gespecialiseerde cursussen over vliegende bommen georganiseerd. Maar de psychologie liet zich voelen. Duitsland was feitelijk al terrein aan het verliezen, en de piloten hadden geen zin om hun leven ‘voor niets’ te geven. Ondanks het feit dat het Duitse kamikazeproject onder persoonlijk toezicht stond van Himmler, werd het ingeperkt zonder dat het daadwerkelijk van start ging.

Weet je, mama, morgen zal ik de wind worden,

Door heilige wil, van bovenaf slaand.

Ik vraag je om liefde en geloof,

En ik vraag je om kersen bij je huis te planten,

Ik zal zien, mam, ik zal de wind worden.

Goddelijke wind

Groepsfoto van zes Japanse kamikazepiloten in vluchtuniformen en persoonlijke handtekeningen. Dergelijke foto's zijn meestal
gedaan aan de vooravond van de laatste vlucht. Vermoedelijk 1945.

Op 15 oktober 1944 steeg een gevechtsvliegtuig op vanaf een klein militair vliegveld in de Filippijnen. Hij keerde niet terug naar de basis. Ja, maar niemand verwachtte zijn terugkeer: hij werd tenslotte bestuurd door de eerste zelfmoordpiloot (kamikaze) admiraal Arima, commandant van de 26th Air Flotilla.

De jonge officieren probeerden de schout bij nacht ervan te weerhouden deel te nemen aan de dodelijke vlucht. Maar hij scheurde het insigne van zijn uniform en stapte aan boord van het vliegtuig. Ironisch genoeg slaagde Arima er niet in de taak te voltooien. Hij miste en stortte neer in de zeegolven, waarbij hij het doel van het Amerikaanse schip miste. Zo begon een van de donkerste gevechtscampagnes van de Tweede Wereldoorlog in de Stille Oceaan.

Japanse kamikazepiloot korporaal Yukio Araki (midden op de foto met een puppy in zijn handen) met zijn kameraden van het 72e Shinbu Squadron op vliegveld Bansei

Kamikazepiloten ontvingen een formulier om in te vullen en legden vijf eden af:

De soldaat is verplicht zijn verplichtingen na te komen.

Een soldaat is verplicht om in zijn leven de regels van fatsoen in acht te nemen.

Een soldaat moet een zeer moreel persoon zijn.

Een soldaat moet een eenvoudig leven leiden

Onishi Takijiro. De man die "de vader van kamikaze" wordt genoemd

Japanse kamikazepiloten voor een gevechtsmissie vanaf Choshi Airfield ten oosten van Tokio. Van links naar rechts: Tetsuya Ueno, Koshiro Hayashi, Naoki Okagami, Takao Oi, Toshio Yoshitake. Van de achttien piloten die aan deze vlucht deelnamen, overleefde alleen Toshio Yoshitake: zijn vliegtuig werd neergeschoten door een Amerikaanse jager, maakte een noodlanding en de piloot werd gered door Japanse soldaten.

De piloten werden gefotografeerd tegen de achtergrond van een Mitsubishi A6M Zero-jager.

Team Sikishima van het 1st Special Attack Corps bereidt zich voor om op te stijgen vanaf Mabalacat Air Base op de Filippijnen. Mensen worden gefotografeerd terwijl ze een ceremoniële afscheidstoost uitbrengen. De groepscommandant - luitenant Yukio Seki - met een kopje water in zijn handen. Vice-admiraal Onishi staat in het midden van de foto, tegenover de vijf leden van Team Shikishima. De man die Seki een kopje water aanbiedt - Asaichi Tamai (20 oktober 1944).

Luitenant Seki Yukio!!

"De heilige wind... Het geredde vaderland... Het pad van de krijger... Amerikaanse vliegdekschepen..." en zei uiteindelijk de naam - Yukio Seki.

Yukio Seki stond als eerste in de rij. Hij had een droog gezicht met ingevallen wangen. De ogen zijn gespannen en half gesloten. Gretig ving hij elk woord van de generaal op om het voorzichtig mee de lucht in te nemen. We wisten het allemaal: er waren negen auto’s klaargemaakt en onder elke pilotenstoel stond een doos met een handdoek. Voordat een auto vanaf een hoogte een auto op een Amerikaans schip gooit, trekt elke piloot de lont uit de doos...

Laatste vlucht!! Op de voorgrond staat Seki Yukio!!
Afscheid op het eiland Iwo Jima!

De dood van het escortevliegdekschip Saint-Lo en luitenant Seki Yukio.

Het konvooivliegdekschip "St. Lo" staat in brand na een kamikaze-aanval.

11 april 1945. Amerika's grootste oorlogsschip, de USS Missouri, vlak voordat het werd getroffen door een kamikaze Zero. Het vliegtuig raakte het schip onder het hoofddek en veroorzaakte minimale schade en geen catastrofale gevolgen. Foto: VS. Maritiem Historisch Centrum

USS Bunker Hill op 11 mei 1945 na de Tokkotai-aanval. Een paar minuten later wordt het vliegdekschip aangevallen door een andere zelfmoordterrorist. Eén stortte direct midden in het vliegtuig op het achterdek neer en veroorzaakte een grote brand. De bom die zich van het vliegtuig scheidde, doorboorde verschillende dekken en de buitenhuid en explodeerde aan de oppervlakte van het water, waarbij de linkerkant van het schip met granaatscherven werd doorzeefd. Het tweede vliegtuig raakte de cockpit ernaast<островом>en explodeerde in de romp, waardoor brand ontstond op het galerijdek. Een van het vliegtuig losgemaakte motor landde in het pand van de commandopost van het vlaggenschip (op<Банкер Хилле>de vlag was in handen van de commandant van de TF-58, admiraal Mitscher) en veroorzaakte de dood van de meeste stafofficieren die daar waren. De verliezen onder de bemanning waren zeer zwaar: 391 doden en 264 gewonden. Bovendien brandden vrijwel alle vliegtuigen op het vliegdekschip af.

Bunker Hill staat in brand

Uitzicht op het brandende vliegdekschip USS Bunker Hill (CV-17) vanaf het slagschip USS South Dakota (BB-57).

Op 11 mei 1945 werd de USS Bunker Hill getroffen door twee Japanse kamikazevliegtuigen die met een tussenpoos van 30 seconden werden afgevuurd. 372 soldaten werden gedood en 264 militairen raakten gewond. De meeste doden werden gestikt door verbrandingsproducten in het interieur van het schip.

Kamikazepiloot Kiyoshi Ogawa die de USS Bunker Hill aanviel

Op 12 april 1945 begeleiden schoolmeisjes luitenant Toshio Anazawa naar zijn dood in de regio Okinawa, terwijl ze kersentakken achter hem aan zwaaien. De groet van de piloot is niet zozeer gericht aan de schoolmeisjes als wel aan zijn geboorteland en het leven in het algemeen. Aan boord van zijn Hayabusa-vliegtuig bevindt zich een bom van 250 kilogram

De lichte kruiser USS Columbia wordt aangevallen door kamikazes in de Golf van Lingayen. 6 januari 1945.

Kamikazepiloten op een foto uit 1944, genomen in de stad Choshi (ten oosten van Tokio) vóór een gevechtsmissie richting de Filippijnen (Reuters).

Een kamikazepiloot bindt een hachimaki vast.

Vóór het vertrek werden er speciale ceremonies gehouden, waaronder een rituele beker sake en hachimaki (een wit verband op het voorhoofd). Het symbool van de kamikaze was de chrysanthemumbloem. Volgens de legende vlogen jonge kamikazepiloten, vliegend op een missie, over de berg Kaimon in het zuidwesten van Japan. De piloten wierpen een laatste blik op hun thuisland en namen er saluerend afscheid van.

Op 21 oktober 1944 vond de kamikaze-aanval plaats. Het slachtoffer was de zware kruiser Australia, het vlaggenschip van de Australische vloot. Het vliegtuig, vermoedelijk een Aichi D3A of Mitsubishi Ki-51, was bewapend met een bom van 200 kg. De aanvaring vond plaats in de buurt van de bovenbouw van de kruiser Australia. Het schip had geluk: de bom ontplofte niet. Bij de aanval kwamen dertig mensen om het leven, onder wie de commandant van het schip. 64 mensen raakten gewond. Op 25 oktober kreeg Australië opnieuw een treffer, waarna het schip ter reparatie moest worden opgestuurd. Tegen het einde van de oorlog overleefde "Australië" zes treffers van kamikazevliegtuigen.

Beschadigde kruiser Australië

Ze kunnen de haven niet bereiken

Dat is alles, ik raak de zijkant aan,

En weerspiegeld in verwijde pupillen

Mijn hele lange weg naar het doel,

Degene die in zicht is

Er is een reden waarom ik voor anderen explodeer.

Beschadigde vernietiger!

Kamikaze-aanval op het slagschip Maryland. Die keer, op 25 november 1944, was de schade aanzienlijk: de hoofdbatterijkoepel raakte beschadigd en 31 matrozen kwamen om.

Saratoga staat in brand - drie kamikaze-aanvallen leidden tot het verlies van 36 vliegtuigen van de luchtvleugel, de hele boeg werd vernietigd, 123 matrozen werden gedood

De laatste duik. Doelwit: kruiser Columbia

Puin op het dek van HMS Formidable. Krachtige schokken zorgden ervoor dat de stoomleiding van de energiecentrale barstte, de snelheid daalde, de radars faalden - midden in de strijd verloor het schip zijn gevechtsvermogen

Gevolgen van een kamikaze-aanval

De voormalige Japanse kamikazepiloot Hichiro Naemura houdt zijn oorlogsportret vast terwijl hij naast een Mitsubishi A6M Zero straaljager staat in het Imperial War Museum in Londen, waar hij Britse oorlogsveteranen ontmoette tijdens een boekpresentatie. "Kamikaze: Japanese Gods of Suicide. " 7 oktober 2002 (Reuters)

Uit een afscheidsbrief aan Jr. Luitenant Shunsuke Tomiyasu: “Vandaag ligt het lot van ons land in mijn handen. Wij zijn de verdedigers van ons land. Misschien vergeet je me als ik er niet meer ben, maar leef alsjeblieft beter dan voorheen. Maak je geen zorgen en laat je niet ontmoedigen.”

Kamikaze-monument. Dit monument, dat de heldenmoed van Japanse kamikazepiloten verheerlijkt, staat vandaag bij het Yasukuni-heiligdom in Tokio.

'Ik vlieg de lucht in. De lucht zal mijn graf worden. Ik sterf voor de keizer.' Kamikazepiloten schreven zulke haiku’s op hun hachimaki. 'Niet huilen. Heb geen spijt. Ik kom naar huis. Ontmoet me bij het Yasukuni-heiligdom. Ik zal er zijn.'

Aan het einde van de post een begeleiding bij wat hierboven is geschreven en gezien, de hit van Rosenbaum, eenvoudige muziek, eenvoudige woorden, zoals het leven en de dood van een kamikaze!! Banzai voor jullie glorieuze zonen van jullie moederland!!

Dulce et decorum is pro patria mori. (Het is prettig en eervol om voor het moederland te sterven).

Horatius.

Ik zou graag zeven keer geboren willen worden om mijn hele leven voor Japan te geven. Nu ik besloten heb te sterven, ben ik sterk van geest. Ik verwacht succes en glimlach als ik aan boord stap.

Hirose Takeo, eerste luitenant van de Japanse marine,
1905

In de geschiedenis van veel landen zijn veel voorbeelden van onbaatzuchtige heldenmoed te vinden. Maar in geen enkel leger ter wereld, behalve in het Japanse leger aan het einde van de Tweede Wereldoorlog, was zelfopoffering echter een bijzondere of bijzondere tactiek, die van bovenaf werd goedgekeurd en van tevoren was gepland.

Hachimaki - hoofdband met inscriptie
"Kamikaze" - "Goddelijke wind".

Sekio Yukio - eerste officiële commandant
eenheden van Kamikaze-piloten.

Japanse matrozen en onderzeeërs, menselijke torpedochauffeurs, infanteristen die mijnenvelden met hun lichamen ruimden, kamikazepiloten die zelfmoordaanslagen ondernamen, beseften dat ze voorbestemd waren om te sterven, maar kozen vrijwillig het pad van zelfopoffering en gingen moedig de dood onder ogen. De categorie van dergelijke vrijwillige zelfmoordterroristen in de Japanse strijdkrachten tijdens de Tweede Wereldoorlog kreeg de algemene naam "teishin-tai" - "stoottroepen". Hun vorming, gebaseerd op de middeleeuwse morele en religieuze code van de samurai bushido (letterlijk ‘de weg van de krijger’), die iemand verplichtte de dood te verachten, werd goedgekeurd door de keizerlijke generale staf (de eerste officiële ploeg Kamikaze-piloten werd gevormd door 20 oktober 1944). Bovendien werden speciale wapens ontwikkeld en geproduceerd voor zelfmoorden: torpedo's, boten, vliegtuigen. Zelfmoordterroristen die tijdens de strijd omkwamen, werden beschouwd als kami, de patroonheiligen van Japan.

Het plichtsbesef en de verantwoordelijkheid voor het lot van de natie, inherent aan de overgrote meerderheid van de Japanners, werd tot een absoluut niveau verheven onder de samoerai - vertegenwoordigers van de kaste van de Japanse ridderlijkheid en hun spirituele volgelingen.

De Japanners keken heel anders naar de dood dan hun tegenstanders. Als de dood voor een Amerikaan een verschrikkelijk vertrek naar de vergetelheid was, dan was voor de Japanners het belangrijkste niet de dood zelf, maar de omstandigheden waaronder deze plaatsvond.

18e-eeuwse priester en krijger Yamamoto Tsunetomo in het beroemde boek " Hagakure'('Hidden in the Leaves') beschreef de betekenis van het leven van een samoerai als volgt: 'Het pad van de samoerai is de dood... Als je moet kiezen tussen leven en dood, kies dan onmiddellijk voor het laatste. Er is niets ingewikkelds aan. Verzamel gewoon je moed en onderneem actie. Hij die het leven kiest zonder zijn plicht te vervullen, moet als een lafaard en een slechte werker worden beschouwd.

Een samurai met een zwaard in zijn riem is altijd klaar om aan te vallen. Dan zal zijn geest gericht zijn op de dood, waarvoor de bereidheid de belangrijkste eigenschap van een krijger is.

Het Yasukuni-jinja-heiligdom is de belangrijkste militaire tempel in Japan. Het werd beschouwd als de hoogste eer voor een krijger om op zijn lijsten te worden opgenomen.

Volgens Bushido moeten alle gedachten aan een krijger erop gericht zijn midden tussen de vijanden te stormen en met een glimlach te sterven. Je moet natuurlijk niet aannemen dat de inhoud van de samurai-ideologie beperkt is tot deze wrede geboden die de geest van de westerse mens verbazen. De morele idealen en ambities van de Japanse militaire klasse werden in de samenleving zeer gerespecteerd. De samoerai waren zich op hun beurt terdege bewust van de betekenis van hun positie en de verantwoordelijkheid van hun rol als vertegenwoordigers van de hogere kaste. Moed, moed, zelfbeheersing, nobelheid, plicht om je plicht te vervullen, barmhartigheid, mededogen - al deze deugden waren volgens de Bushido-code zeker vereist van een samoerai.

Vice-admiraal Onishi is de ideologische inspirator en organisator van kamikaze-luchtvaarteenheden.

Het waren echter juist zulke citaten en wetten die de ideologische basis en soms de inhoud werden van de propaganda-, onderwijs- en militaire trainingsprogramma’s die door de Japanse leiders in de eerste helft van de twintigste eeuw werden ontwikkeld en geïmplementeerd. De hele natie, jong en oud, bereidde zich voor op de beslissende strijd om de Japanse dominantie in Azië. In die tijd werd voor het land van de rijzende zon de ene overwinning gevolgd door de andere, en er leken geen grenzen te zijn aan zijn capaciteiten en kracht. Op Japanse scholen werd militaire wetenschappen onderwezen aan twaalfjarige kinderen, en over het algemeen verschilde het onderwijs daar qua voorgeschreven volgorde en vereisten weinig van de kazernedienst. In die tijd waren de schappen in de winkels gevuld met speelgoedsabels en -geweren, modellen van Japanse schepen en kanonnen, en het populairste tijdverdrijf onder jongens was natuurlijk oorlog spelen. En zelfs hier bonden sommigen van hen al een boomstam op hun rug, waarmee ze ‘menselijke bommen’ en zelfmoordaanslagen simuleerden. En aan het begin van elke lesdag vroeg de leraar de klas zeker wat zijn meest gekoesterde verlangen was, waarop de studenten in koor moesten antwoorden: “ons meest gekoesterde verlangen is om voor de keizer te sterven.”

De fundamentele ideologische documenten die bedoeld waren voor wijdverspreide studie waren het ‘Imperial Rescript for Soldiers and Sailors’ en de civiele versie ervan, het ‘Imperial Rescript for Education’, dat elke Japanner verplichtte al zijn krachten te wijden aan het altaar van de verdediging van het vaderland.

Hosokawa Hoshiro is een van de weinige kamikazepiloten die het overleefd heeft.

Het was echter niet alleen het gif van de propaganda, voortgekomen uit de eeuwenoude tradities van de dood, de verering van de keizer en plichtsbesef, dat in de eerste helft van de twintigste eeuw de ongewoon vriendelijke, nederige, beleefde en hardwerkende (in het Japans: door Op de manier waarop bestaat zo'n woord niet, omdat wordt aangenomen dat het anders dan met volledige toewijding simpelweg onmogelijk is om het volk om te werken tot een meedogenloze krijger vol haat voor zichzelf en zijn vijanden. De reden voor het succes van de agressieve plannen van Japanse politici en militairen ligt ook in de onuitroeibare gemeenschapszin van gewone Japanners. De aard van de Japanse eilanden, wreed en verraderlijk, aan de mens gegeven als uit wrok, veroordeelt het individu tot de dood. Alleen grote gemeenschappen kunnen door hard werken de enorme hoeveelheid werk verrichten die nodig is voor een succesvolle landbouw, voor het behoud en de voortzetting van het leven zelf. Onder dergelijke omstandigheden is individualisme niet alleen gevaarlijk, het is volkomen onmogelijk. Zo zegt een oud Japans spreekwoord dat een uitstekende spijker onmiddellijk moet worden ingeslagen. De Japanners zien zichzelf in het gezin, naast de buren, in de gemeenschap als geheel. Hij kan zich zijn leven zonder haar niet voorstellen. En tot op de dag van vandaag spreekt een Japanner, wanneer hij zichzelf noemt, zijn achternaam uit vóór zijn voornaam, waarmee hij eerst definieert dat hij tot een of andere clan behoort, en pas daarna pas zijn deelname aan het leven ervan. Juist vanwege dit kenmerk van de Japanse cultuur vond de propaganda van een algemene nationale opleving in de strijd tegen vijanden, van universele zelfopoffering, zo’n brede steun onder de hele natie, dat de propagandamachine van Nazi-Duitsland overigens niet in dezelfde mate bereiken. Het is een feit dat van alle Japanse soldaten en matrozen slechts ongeveer één procent zich overgaf tijdens de vier jaar van oorlog...

Een traditionele foto als souvenir voor de laatste vlucht met persoonlijke handtekeningen van de piloten.

De A6M-jager van Sekio Yukio stijgt op met een hangende bom van 250 kg.

Het Oka-raketvliegtuig is een populaire tentoonstelling in veel militaire musea.

De Mitsubishi G4M2-bommenwerper heeft de Oka-geleide bom aan boord.

Torpedo "Kaiten" type 2 als tentoonstelling in de VS.

Het escortedrager USS Saint Lo wordt geraakt door een kamikazevliegtuig.

("...Het Japanse vliegtuig... kreeg verschillende treffers en liet een spoor van vuur en rook vrij, maar zette zijn dodelijke vlucht voort... Het dek stierf uit. Iedereen, met uitzondering van de luchtafweergeschut, knielde onmiddellijk neer erop. Met een gebrul vloog de vuurbal over de bovenbouw en stortte neer, wat een verschrikkelijke explosie veroorzaakte... ")

De eerste militaire zelfmoordcommando's werden eind 1943 opgericht, toen Japan zijn gebruikelijke strijdmiddelen al had uitgeput en het land de een na de ander zijn posities verloor. De belangrijkste typen van dergelijke aanvalskrachten waren Kamikaze (goddelijke wind), dit waren veld- en marineluchtvaarteenheden die waren ontworpen om vijandelijke troepen te verslaan ten koste van hun eigen dood, en Kaiten (Pad naar de hemel), menselijke torpedo-eenheden. Dergelijke eenheden namen niet deel aan de vijandelijkheden. Hun personeel was bedoeld om een ​​enkele aanval uit te voeren op vijandelijke schepen of grondtroepen.

Het Kamikaze-vliegtuig was een enorme granaat, boordevol explosieven. Na het laten vallen van conventionele bommen en torpedo's, of zonder, was de Japanse piloot verplicht het doel te rammen en ernaar te duiken met draaiende motor. De meeste Kamikaze-vliegtuigen waren verouderd en konden nauwelijks op een rechte koers blijven, maar er waren speciale vliegtuigen die alleen voor zelfmoordaanslagen waren ontworpen.

Onder hen waren de gevaarlijkste voor de Amerikanen het raketaangedreven vliegtuig Oka (Cherry Blossom). Ze werden gedropt door zware bommenwerpers op een afstand van 20-40 km van het doel en waren in feite een doelzoekende anti-scheepsraket, waarvan het ‘geleidingssysteem’ een zelfmoordpiloot was.

De eerste grootschalige inzet van Kamikaze-troepen door Japan vond plaats tijdens de Slag om de Filippijnen in de herfst van 1944, en daarna nam het aantal zelfmoordaanslagen toe tot het einde van de oorlog. Tijdens de slag om de Golf van Leyte en de strijd om Okinawa waren Kamikaze-vliegtuigen het enige enigszins effectieve wapen van Japan, waarvan de vloot en het leger niet langer waardig verzet konden bieden.

Ondanks de enorme inspanningen die zijn geleverd om de effectiviteit van het gebruik van door zelfmoordterroristen bestuurde vliegtuigen en torpedo's te vergroten, werd er op dit gebied echter geen doorbraaksucces geboekt, en de Amerikaanse verliezen zijn onbeduidend vergeleken met de monsterlijke genocide die de Japanse leiding tegen haar eigen leiders ondernam. aan het volk met als doel de vijand koste wat het kost tegen te houden in een tijd waarin de oorlog al hopeloos verloren was.

Een van de weinige succesvolle gevechten om Japan waarbij gebruik werd gemaakt van Kamikazes was de aanval van een groep vliegtuigen op 21 oktober 1944, ten oosten van de Straat Guroigaoi, waarbij drie escortevliegdekschepen en verschillende andere Amerikaanse marineschepen werden uitgeschakeld. Tien dagen later trof een andere Kamikaze-groep een ontdekte Amerikaanse vliegdekschipgroep, waarbij het escorteschip Saint Lo tot zinken werd gebracht en drie anderen werden beschadigd.

De psychologische gevolgen van Kamikaze-aanvallen waren ronduit verbluffend. De verwarring en angst onder Amerikaanse matrozen namen toe naarmate de zelfmoordaanslagen van piloten toenamen. De gedachte dat Japanse piloten hun vliegtuigen opzettelijk op schepen zouden richten, was angstaanjagend tot op het punt van gevoelloosheid. De bravoure van de macht van de Amerikaanse vloot is vervaagd.

“Er schuilde een soort hypnotiserende bewondering in deze filosofie die vreemd is aan het Westen. We keken gefascineerd naar elke duikende Kamikaze - meer als publiek bij een optreden dan als een slachtoffer dat op het punt stond gedood te worden. Een tijdlang vergaten we onszelf, verzamelden we ons in groepen en dachten hulpeloos aan de man die daar was”, herinnert vice-admiraal Brown zich.

Yokosuka D4Y3 "Judy" Yoshinori Yamaguchi "Speciale Aanvalskorps" Yoshino.

Yamaguchi-bommenwerper stort neer in de voorste cockpit van de USS CV-9 Essex, 25 november 1944, 12:56 uur.

De cockpit van de CV-17 werd vernield en het vliegdekschip moest worden gerepareerd.

De Amerikanen moesten dringend tegenmaatregelen nemen. Admiraal Nimitz beval eerst geheimhouding met betrekking tot informatie over de acties van de Kamikazes en de resultaten van hun aanvallen. Het aantal gevechtsvliegtuigen in vliegdekschepen moest worden verhoogd tot ongeveer 70%, vergeleken met de gebruikelijke 33%. Er werden speciale patrouilles van jagers toegewezen die op lage hoogte opereerden, in de gevaarlijke Kamikaze-richtingen. Het was noodzakelijk om radarpatrouillejagers op zeer aanzienlijke afstanden te plaatsen. Als gevolg hiervan waren het de torpedobootjagers van de radarpatrouilles die de eerste aanval van Kamikaze-aanvallen op zich namen. Om de activiteiten van Kamikaze te onderdrukken, was het noodzakelijk om voortdurende aanvallen op de vliegvelden van de Japanse luchtvaart te organiseren (letterlijk van zonsopgang tot zonsopgang), waardoor de impact van de luchtvaart op de Japanse grondtroepen aanzienlijk werd verminderd.

Op 6 april, tijdens de gevechten om Okinawa, begon een grootschalige operatie genaamd "Kikusui" ("Chrysanthemum"). Er namen 1.465 vliegtuigen aan deel, waaronder Oka-jets. Het resultaat was de dood van bijna alle Japanse vliegtuigen, de vernietiging van enkele tientallen en schade aan honderden Amerikaanse schepen.

De meeste Kaitens en ook de Furukui (‘draken van geluk’, squadrons van zelfmoordzwemmers gewapend met bommen die tot ontploffing moesten worden gebracht door de romp van een vijandelijk schip te raken) verdwenen spoorloos, maar er zijn feiten bekend van dood of schade aan Amerikaanse schepen waarvoor geen redelijke verklaring werd gevonden binnen het raamwerk van conventionele ideeën over gewapende strijd op zee.

Met name het verlies van de Amerikaanse zware kruiser Indianapolis wordt soms in verband gebracht met een aanval van Kaiten, die in dienst was bij de Japanse onderzeeër I-58, onder bevel van M. Hashimoto.

Japanse schoolmeisjes begroeten Kamikaze-piloten met kersenbloesems terwijl ze aan hun laatste vlucht beginnen in Nakajima Ki-43 Oscar-jagers.

Het lijdt geen twijfel dat het gebruik van Kamikaze-tactieken het tij van de vijandelijkheden niet kan keren. Maar dit was de natuurlijke keuze van een natie met een onbuigzame geest. De Japanners waren niet van plan het lot van de Duitse Hochseeflotte te herhalen, toen de Duitse vloot in 1918 door de Engelsen werd veroverd, en gaven de voorkeur aan de dood boven schaamte. De Japanners konden tijdens de laatste grote veldslag van de Tweede Wereldoorlog de deur zo hard dichtslaan dat de wereld nu de term 'Kamikaze' gebruikt om te verwijzen naar een vrijwillige zelfmoordterrorist.

Op Okinawa gebruikte het Amerikaanse commando 18 slagschepen (drie keer meer dan in Normandië), 40 vliegdekschepen, 32 kruisers en 200 torpedobootjagers. Het totale aantal Amerikaanse schepen bereikte 1.300 eenheden. De verliezen veroorzaakt door Kamikaze aan de schepen van de 3e en 5e Amerikaanse vloten in de veldslagen bij Okinawa waren groter dan de verliezen die de Pacific Fleet in december 1941 leed door een Japanse luchtaanval op de marinebasis Pearl Harbor op de Hawaiiaanse eilanden. De verliezen van de Amerikaanse marine bij Okinawa waren 36 schepen die tot zinken waren gebracht en 368 beschadigd. De beschadigde omvatten 10 slagschepen, 13 vliegdekschepen, 5 kruisers, 67 torpedobootjagers en 283 kleinere eenheden. Een aanzienlijk deel van de zwaar beschadigde schepen kon niet worden hersteld. De Japanners schoten ook 763 Amerikaanse vliegtuigen neer. Zelfmoordpiloten hebben vier grote vliegdekschepen ernstig beschadigd: Enterprise, Hancock, Intrepid en San Jacinto. Patrouille- en radarschepen leden ook aanzienlijke verliezen. Vervolgens werden de Amerikanen gedwongen de radarstations aan land te verplaatsen en op dominante posities op Okinawa en de omliggende eilanden te plaatsen. De Amerikaanse verliezen bedroegen ongeveer 12.000 doden en ongeveer 36.000 gewonden. De Japanse verliezen bedroegen 16 oorlogsschepen (die nog konden bewegen), 7.830 vliegtuigen, 107.000 militairen gedood en 7.400 gevangenen.

Volgens Naito Hatsaho bij zelfmoordaanslagen in 1944-45. 2.525 marine- en 1.388 legerpiloten werden gedood, en van de 2.550 Kamikaze-missies waren er 475 succesvol.

Kamikazes werden ook gebruikt tegen grond- en luchtvijanden. Omdat de Japanse luchtverdedigingstroepen duidelijk onvoldoende waren om de Amerikaanse zware bommenwerpers B-17, B-24 en B-29 te bestrijden, namen de piloten hun toevlucht tot ramaanvallen. Bovendien wisten sommigen van hen te overleven. Er zijn geen gegevens over het totale aantal B-29-bommenwerpers dat is neergeschoten als gevolg van rammen. Het is alleen bekend dat van de ongeveer 400 verloren voertuigen er 147 werden neergeschoten door luchtafweergeschut en vliegtuigen.

Wie werd een zelfmoordterrorist, of, zoals het nu gebruikelijk is om iedereen die zelfmoordaanslagen pleegt, Kamikaze te noemen? Dit waren vooral jongeren tussen de 17 en 24 jaar oud. Het zou verkeerd zijn om ze allemaal als robots of waanzinnige fanatici te beschouwen. Onder de Kamikazes bevonden zich mensen van alle sociale klassen, met verschillende opvattingen en temperamenten.

Tome Torihama omringd door Kamikaze-piloten. Ze runde een café aan de rand van Chiran en ondersteunde de piloten zo goed als ze kon. Tome werd hun adoptiemoeder. Na de oorlog deed ze grote inspanningen om een ​​museum van zelfmoordpiloten op te richten, waarvoor ze in Japan de bijnaam ‘Moeder Kamikaze’ kreeg.

De weg naar het Kamikaze Museum in Chiran, omzoomd met kersenbomen.

Monument voor Kamikaze-piloten in het museum in Chiran. Het Japanse volk bewaart zorgvuldig de herinnering aan hun onbevreesde zonen.

De voortdurende verwachting van de dood was voor hen een moeilijke beproeving. Het schudde mijn zenuwen. Jonge piloten, namelijk de luchtvaart, werden de belangrijkste tak van het leger, zelfmoordterroristen, zwemmers en onderzeeërs werden achtervolgd door een gevoel van afschuw en wanhoop.

De voorbereidingscursus voor kamikazepiloten en andere zelfmoordterroristen was niet geweldig. In de loop van een week of twee moesten ze verschillende vluchten maken om duiktechnieken te oefenen. De rest van de tijd trainden we op de eenvoudigste, primitieve simulatoren, bezig met fysieke training - zwaardschermen, worstelen, enz.

Zowel de marine- als de legerluchtvaart hebben speciale afscheidsrituelen ontwikkeld voor piloten die vertrekken voor hun laatste vlucht. Dus lieten ze allemaal in een speciale, ongeverfde doos knipsels van hun nagels en een haarlok achter, die vaak de enige herinnering aan de overleden krijger bleven, en stelden ze hun laatste brief op, die vervolgens naar hun familieleden werd gestuurd. Direct voor de start, direct op het startveld, was de tafel bedekt met een wit tafelkleed, en de witte kleur was niet toevallig, aangezien het volgens Japanse opvattingen een symbool van de dood is. Aan deze tafel accepteerde Kamikaze een kopje sake, of gewoon water, uit de handen van zijn commandant. Tijdens de vlucht namen veel piloten een witte Japanse vlag mee met hiëroglifische inscripties over standvastigheid, minachting voor de dood en verschillende amuletten die de eigenaar geluk moesten brengen in zijn laatste gevecht. Een van de meest voorkomende was het motto ‘Zeven levens voor de keizer’. Elke zelfmoordterrorist werd plechtig gepresenteerd met een gepersonaliseerd samoeraizwaard in een brokaatschede, waarbij de eigenaar onder de samoerai behoorde, en bovendien, volgens de religieuze concepten van het Shintoïsme, de overgang van de samoerai naar de wereld van de heilige Kami vergemakkelijkte. waarvoor het nodig was om het op het moment van overlijden in zijn hand te houden.

Ondanks verschillende rituelen en privileges daalde het moreel van de gedoemde krijgers gestaag naarmate de nederlaag van Japan naderde. Zelfopoffering heeft de crisis van de Japanse oorlogsmachine alleen maar verdiept. Velen gaven zich over aan dronkenschap en losbandigheid en verlieten hun bases zonder enige toestemming. Ze wisten dat de oorlog verloren was en wilden niet voor niets sterven. Er is een geval bekend waarin een Kamikaze, die gedwongen werd een zelfmoordaanval te plegen, in wanhoop en woede zijn eigen commandopost ramde.

Is het mogelijk om jonge Japanners te veroordelen die bereid zijn alles te doen voor hun thuisland? Vurige en vurige verdedigers ervan, tot de laatste dagen van de oorlog beschouwden ze het als het enige zekere ding om in de strijd te sterven en zijn vijanden te vernietigen. Hun grote aantal en de massieve aard van de impuls wekken alleen maar respect op en doen ongetwijfeld eer aan Japan, dat weet hoe hij patriotten moet opvoeden. De tragedie van een hele generatie Japanse jongeren was echter dat zij gijzelaars werden van militaire avonturiers die hun nederlaag niet volledig wilden toegeven en bereid waren om koste wat het kost te winnen, zelfs ten koste van de levens van hun eigen volk.

Het gepopulariseerde en sterk vertekende beeld van de Japanse kamikaze dat zich in de hoofden van de Europeanen heeft gevormd, heeft weinig gemeen met wie ze werkelijk waren. We stellen ons de kamikaze voor als een fanatieke en wanhopige krijger, met een rood verband om zijn hoofd, een man met een boze blik op de besturing van een oud vliegtuig, die op het doel afstormt en “banzai!” roept. Maar kamikazes waren niet alleen zelfmoordterroristen in de lucht; ze opereerden ook onder water. Bewaard in een stalen capsule - een geleide torpedo-kaiten, vernietigden kamikazes de vijanden van de keizer en offerden zichzelf op ter wille van Japan en op zee. Ze zullen in het materiaal van vandaag worden besproken.

Voordat we rechtstreeks naar het verhaal over 'levende torpedo's' gaan, is het de moeite waard om kort in de geschiedenis van de vorming van scholen en de kamikaze-ideologie te duiken.

Het onderwijssysteem in Japan in het midden van de twintigste eeuw verschilde niet veel van dictatoriale plannen voor de vorming van een nieuwe ideologie. Al op jonge leeftijd werd kinderen geleerd dat ze door voor de keizer te sterven het goede deden en dat hun dood gezegend zou zijn. Als resultaat van deze academische praktijk groeiden jonge Japanners op met het motto “jusshi reisho” (“offer je leven op”).

Bovendien deed de staatsmachine zijn best om alle informatie over de nederlagen (zelfs de meest onbeduidende) van het Japanse leger te verbergen. De propaganda wekte een verkeerde indruk van de capaciteiten van Japan en indoctrineerde effectief laagopgeleide kinderen met het feit dat hun dood een stap was in de richting van een totale Japanse overwinning in de oorlog.

Het is ook passend om de Code van Bushido in herinnering te brengen, die een belangrijke rol speelde bij de vorming van kamikaze-idealen. Sinds de tijd van de samoerai hebben Japanse krijgers de dood letterlijk als een onderdeel van het leven beschouwd. Ze raakten gewend aan het feit van de dood en waren niet bang voor de nadering ervan.

Opgeleide en ervaren piloten weigerden botweg om zich bij kamikaze-squadrons aan te sluiten, daarbij verwijzend naar het feit dat ze gewoon in leven moesten blijven om nieuwe jagers op te leiden die voorbestemd waren om zelfmoordterroristen te worden.

Dus hoe meer jonge mensen zichzelf opofferden, hoe jonger de rekruten waren die hun plaats innamen. Velen waren praktisch tieners, nog geen 17 jaar oud, die de kans hadden om hun loyaliteit aan het rijk te bewijzen en zichzelf als ‘echte mannen’ te bewijzen.

Kamikazes werden gerekruteerd onder laagopgeleide jonge mannen, de tweede of derde jongens in gezinnen. Deze selectie was te wijten aan het feit dat de eerste (dat wil zeggen de oudste) jongen in het gezin meestal erfgenaam van het fortuin werd en daarom niet in de militaire steekproef werd opgenomen.

Kamikazepiloten ontvingen een formulier om in te vullen en legden vijf eden af:

De soldaat is verplicht zijn verplichtingen na te komen.
Een soldaat is verplicht om in zijn leven de regels van fatsoen in acht te nemen.
De soldaat is verplicht de heldenmoed van de strijdkrachten ten zeerste te respecteren.
Een soldaat moet een zeer moreel persoon zijn.
Een soldaat is verplicht een eenvoudig leven te leiden.

Zo eenvoudig en eenvoudig kwam al het ‘heldendom’ van de kamikaze neer op vijf regels.

Ondanks de druk van de ideologie en de imperiale cultus wilde niet elke jonge Japanner met een zuiver hart het lot aanvaarden van een zelfmoordterrorist die bereid was te sterven voor zijn land. Er stonden inderdaad rijen jonge kinderen in de rij buiten kamikazescholen, maar dat is slechts een deel van het verhaal.

Het is moeilijk te geloven, maar zelfs vandaag de dag zijn er nog steeds ‘levende kamikazes’. Een van hen, Kenichiro Onuki, zei in zijn aantekeningen dat jonge mensen niet anders konden dan zich inschrijven voor kamikaze-eenheden, omdat dit rampzalige gevolgen voor hun families zou kunnen hebben. Hij herinnerde zich dat toen hem werd “aangeboden” om kamikaze te worden, hij lachte om het idee, maar van de ene op de andere dag van gedachten veranderde. Als hij het bevel niet durfde uit te voeren, zou het meest onschuldige dat hem zou kunnen overkomen het etiket ‘lafaard en verrader’ zijn, en in het ergste geval de dood. Hoewel voor de Japanners alles precies het tegenovergestelde kan zijn. Toevallig startte zijn vliegtuig niet tijdens de gevechtsmissie en overleefde hij.
Het verhaal van onderwaterkamikazes is niet zo grappig als het verhaal van Kenichiro. Er waren geen overlevenden meer in.

Het idee om zelfmoordtorpedo's te maken werd geboren in de hoofden van het Japanse militaire commando na een brute nederlaag in de Slag om Midway Atoll.

Terwijl het wereldberoemde drama zich in Europa afspeelde, woedde er in de Stille Oceaan een heel andere oorlog. In 1942 besloot de Japanse Keizerlijke Marine Hawaï aan te vallen vanaf het kleine Midway-atol, het buitenste atol in de westelijke groep van de Hawaiiaanse archipel. Er was een Amerikaanse luchtmachtbasis op het atol, met de vernietiging waarvan het Japanse leger besloot zijn grootschalige offensief te beginnen.

Maar de Japanners hadden zich enorm misrekend. De Slag om Midway was een van de grootste mislukkingen en de meest dramatische episode in dat deel van de wereld. Tijdens de aanval verloor de keizerlijke vloot vier grote vliegdekschepen en vele andere schepen, maar exacte gegevens over menselijke verliezen aan de kant van Japan zijn niet bewaard gebleven. De Japanners hielden echter nooit echt rekening met hun soldaten, maar zelfs zonder dat demoraliseerde het verlies de militaire geest van de vloot enorm.

Deze nederlaag markeerde het begin van een reeks Japanse mislukkingen op zee, en het militaire commando werd gedwongen alternatieve manieren te bedenken om oorlog te voeren. Echte patriotten hadden moeten verschijnen, gehersenspoeld, met een sprankeling in hun ogen en niet bang voor de dood. Zo ontstond een speciale experimentele eenheid onderwaterkamikazes. Deze zelfmoordterroristen verschilden niet veel van vliegtuigpiloten; hun taak was identiek: door zichzelf op te offeren, de vijand te vernietigen.

Onderwaterkamikazes gebruikten kaiten-torpedo's om hun missie onder water uit te voeren, wat vertaald 'wil van de hemel' betekent. In wezen was de Kaiten een symbiose van een torpedo en een kleine onderzeeër. Het liep op pure zuurstof en kon snelheden tot 40 knopen bereiken, waardoor het vrijwel elk schip uit die tijd kon raken.

De binnenkant van een torpedo is een motor, een krachtige lading en een zeer compacte plek voor een zelfmoordpiloot. Bovendien was het zo smal dat er zelfs naar de maatstaven van kleine Japanners een catastrofaal gebrek aan ruimte was. Aan de andere kant: wat voor verschil maakt het als de dood onvermijdelijk is?

1. Japanse kaiten in Camp Dealy, 1945. 2. USS Mississinewa brandt na geraakt te zijn door een kaiten in de haven van Ulithi, 20 november 1944. 3. Kaitens in droogdok, Kure, 19 oktober 1945. 4, 5. Een onderzeeër die tijdens de Okinawa-campagne door Amerikaanse vliegtuigen tot zinken is gebracht.

Direct voor het gezicht van de kamikaze bevindt zich een periscoop, daarnaast bevindt zich een snelheidspookknop, die in wezen de toevoer van zuurstof naar de motor regelt. Aan de bovenkant van de torpedo bevond zich nog een hefboom die verantwoordelijk was voor de bewegingsrichting. Het instrumentenpaneel was gevuld met allerlei apparaten: brandstof- en zuurstofverbruik, manometer, klok, dieptemeter, enz. Aan de voeten van de piloot bevindt zich een klep waarmee zeewater in de ballasttank wordt toegelaten om het gewicht van de torpedo te stabiliseren. Het was niet zo eenvoudig om een ​​torpedo te besturen, en bovendien liet de training van piloten veel te wensen over: scholen verschenen spontaan, maar werden net zo spontaan vernietigd door Amerikaanse bommenwerpers.

Aanvankelijk werden kaiten gebruikt om vijandelijke schepen aan te vallen die in baaien waren afgemeerd. De vliegdekschiponderzeeër met aan de buitenkant bevestigde kaitens (van vier tot zes stuks) detecteerde vijandelijke schepen, bouwde een traject uit (letterlijk omgedraaid ten opzichte van de locatie van het doelwit) en de kapitein van de onderzeeër gaf het laatste bevel aan de zelfmoordterroristen .

De zelfmoordterroristen kwamen de kajuit van de Kaiten binnen via een smalle pijp, sloegen de luiken dicht en ontvingen via de radio bevelen van de kapitein van de onderzeeër. De kamikazepiloten waren volledig blind, ze zagen niet waar ze heen gingen, omdat de periscoop maximaal drie seconden gebruikt kon worden, omdat hierdoor het risico ontstond dat de torpedo door de vijand zou worden opgemerkt.

Aanvankelijk joegen Kaitens de Amerikaanse vloot angst aan, maar toen begon de onvolmaakte technologie defect te raken. Veel zelfmoordterroristen zwommen niet naar het doel en stikten door zuurstofgebrek, waarna de torpedo eenvoudigweg zonk. Even later verbeterden de Japanners de torpedo door hem uit te rusten met een timer, waardoor er geen kans meer was voor de kamikaze of de vijand. Maar helemaal aan het begin beweerde Kaiten menselijk te zijn. De torpedo had een uitwerpsysteem, maar dat werkte niet op de meest efficiënte manier, of beter gezegd: het werkte helemaal niet. Bij hoge snelheid kon geen enkele kamikaze veilig uitwerpen, dus dit werd in latere modellen verlaten.

Zeer frequente aanvallen van de onderzeeër met Kaitens leidden ertoe dat de apparaten gingen roesten en kapot gingen, omdat het torpedolichaam van staal was gemaakt van niet meer dan zes millimeter dik. En als de torpedo te diep naar de bodem zonk, maakte de druk eenvoudigweg de dunne romp plat en stierf de kamikaze zonder gepaste heldenmoed.

Het eerste door de Verenigde Staten geregistreerde bewijs van een Kaiten-aanval dateert uit november 1944. Bij de aanval waren drie onderzeeërs en twaalf Kaiten-torpedo's betrokken tegen een afgemeerd Amerikaans schip voor de kust van Ulithi Atoll (Carolina Islands). Als gevolg van de aanval zonk één onderzeeër eenvoudigweg, van de acht overgebleven Kaitens faalden er twee bij de lancering, twee zonken, één verdween (hoewel later aangespoeld werd aangetroffen) en één explodeerde voordat hij zijn doel bereikte. De overgebleven Kaiten stortten neer in de tanker Mississinewa en brachten deze tot zinken. Het Japanse commando beschouwde de operatie als succesvol, wat onmiddellijk aan de keizer werd gemeld.

Pas in het allereerste begin was het mogelijk om kaitens min of meer succesvol te gebruiken. Zo kondigde de officiële Japanse propaganda, naar aanleiding van de resultaten van zeeslagen, 32 gezonken Amerikaanse schepen aan, waaronder vliegdekschepen, slagschepen, vrachtschepen en torpedobootjagers. Maar deze cijfers worden als te overdreven beschouwd. Tegen het einde van de oorlog had de Amerikaanse marine haar gevechtskracht aanzienlijk vergroot en werd het voor Kaiten-piloten steeds moeilijker om doelen te raken. Grote gevechtseenheden in de baaien werden op betrouwbare wijze bewaakt en het was erg moeilijk om ze zelfs op een diepte van zes meter onopgemerkt te benaderen; de Kaitens hadden ook niet de mogelijkheid om schepen aan te vallen die verspreid over de open zee lagen - ze konden eenvoudigweg niet lang standhouden zwemt.

De nederlaag bij Midway zette de Japanners ertoe aan wanhopige stappen te ondernemen in blinde wraak op de Amerikaanse vloot. Kaiten-torpedo's waren een crisisoplossing waar het keizerlijke leger hoge verwachtingen van had, maar die zijn niet uitgekomen. Kaitens moest de belangrijkste taak oplossen: vijandelijke schepen vernietigen, en tegen welke prijs dan ook, maar hoe verder ze gingen, hoe minder effectief hun gebruik bij gevechtsoperaties leek te zijn. Een belachelijke poging om op irrationele wijze menselijke hulpbronnen te gebruiken leidde tot de volledige mislukking van het project. De oorlog eindigde met de totale nederlaag van de Japanners, en Kaitens werd opnieuw een bloedige erfenis uit de geschiedenis.

‘Je valt te snel, maar je slaagt erin het te begrijpen
Al die dagen, je hele korte leven, raakte je eraan gewend te sterven.
Bewaker van het rijk
Op het verre kruispunt van 2 werelden
Bewaker van het rijk
Sentry onzichtbare posten
Bewaker van het rijk in duisternis en vuur
Jaar na jaar in veldslagen in de Heilige Oorlog" (Aria. "Guardian of the Empire")

Het is moeilijk om het hiermee oneens te zijn, maar het bovenstaande citaat van de grootste Japanse schrijver Yukio Mishima, auteur van werken als "The Golden Temple", "Patriotism", enz., past tenslotte zeer nauwkeurig bij het beeld van kamikazepiloten. ‘Goddelijke wind’ is hoe deze term uit het Japans wordt vertaald. Afgelopen oktober was het zeventig jaar geleden dat er voor het eerst militaire eenheden van zelfmoordpiloten werden opgericht.

Tegen die tijd was Japan de oorlog al hopeloos aan het verliezen. De bezetting van de Japanse eilanden door de Amerikanen kwam elke dag dichterbij, er restte minder dan een jaar voordat de Amerikanen een atoombom lieten vallen op Hiroshima (08/06) en Nagasaki (08/09), waarbij ze Pearl Harbor zouden wreken en vandaag de dag de schuld gaven Rusland ervoor; ze zeggen dat de USSR de eerste was die kernwapens testte om ze tegen de Japanners te gebruiken. Daar bestaat geen enkel documentair bewijs voor en dat zal ook nooit gebeuren; zelfs als ze verschijnen, zullen ze lijken op vers bedrukte groene snoeppapiertjes die zonder enige extra gedachte of aarzeling als laster moeten worden verbrand. Als soortgelijke vergelding zal ik graag het verloop van de Slag om Midway herschrijven in de noodzakelijke revisionistische context, die het keerpunt van de oorlog werd in het operatiegebied in de Stille Oceaan, of de Amerikanen eenvoudigweg afschilderen als de belangrijkste agressor en aanstichter van de oorlog. Tweede Wereldoorlog; Ik aarzel niet om hen de agressors van de oorlog in de Stille Oceaan te noemen, wat meer dan eerlijk is. Want er mag nooit een excuus zijn voor wat de Pindos, in tegenstelling tot de Japanners, deden: ze veroverden niet alleen gebieden die door Japan gecontroleerd werden, maar maakten van het land ook hun eigen springplank voor een aanval op de Sovjet-Unie.

Het kamikazeverhaal begon eind oktober 1944. Tegen die tijd hadden de Japanners nog steeds de Filippijnen in handen, maar elke dag nam de Japanse kracht af. De Japanse vloot had tegen die tijd haar suprematie op zee volledig verloren. Op 15 juli 1944 veroverden Amerikaanse troepen de Japanse legerbasis op het eiland Saipan. Als gevolg hiervan kregen Amerikaanse langeafstandsbommenwerpers de kans rechtstreeks op Japans grondgebied aan te vallen. Na de val van Saipan gingen Japanse commandanten ervan uit dat het volgende doel van de Amerikanen het veroveren van de Filippijnen zou zijn, vanwege de strategische ligging tussen Japan en de veroverde oliebronnen in Zuidoost-Azië.

Het wordt meteen duidelijk dat een van de redenen voor de nederlaag van Japan in de Tweede Wereldoorlog olie was. Zelfs toen verborgen de Amerikanen niet het feit dat volledige controle over de olievoorraden de sleutel is tot succes in de strijd om wereldheerschappij, en dat de hongersnood in Japan slechts een opmaat was voor het grote koude diplomatieke spel, als gevolg waarvan de Sovjet-Unie vernietigd worden, wat in 1991 gebeurde. Zowel Japan als Rusland, als opvolger van de Sovjet-Unie, en zelfs Korea werden het slachtoffer van Amerikaanse militaire en diplomatieke agressie. Het is deze tragedie die Rusland vandaag de dag niet alleen zou moeten verenigen met China, waarmee we nu goede nabuurschapspartnerschappen opbouwen, maar ook met Japan en Korea, die onderworpen zijn aan Amerikaans fanatisme. Als hetzelfde Japan zich uitspreekt ter ondersteuning van de vreedzame hereniging van Korea, kan het zich in de toekomst wellicht heroriënteren op Peking en Moskou, en dit zal de Verenigde Staten in het noordelijke deel van de Stille Oceaan al isoleren en Rusland zal het strategische initiatief onderscheppen. in de Pacifische ruimte; met andere woorden: ‘pacifisering’ in plaats van ‘balkanisering’. Als Hawaï zich ook onafhankelijk verklaart en zich afscheidt van de Verenigde Staten, dan zal dit de ineenstorting van Amerika in de Stille Oceaan zijn, die ze op alle mogelijke manieren zullen proberen te voorkomen.

Op 17 oktober 1944 begonnen de Amerikaanse bezetters de Slag om de Golf van Leyte door het eiland Suluan aan te vallen, waar zich een Japanse militaire basis bevond. Vice-admiraal Takijiro Onishi besloot tot de noodzaak om squadrons zelfmoordpiloten te vormen. Tijdens de briefing zei hij: "Ik denk niet dat er een andere manier is om de taak die voor ons ligt te volbrengen, behalve door een Zero, bewapend met een bom van 250 kilogram, neer te halen op een Amerikaans vliegdekschip. Als een piloot een vijand ziet, vliegtuig of schip, oefent al zijn wil en kracht uit, zal het vliegtuig in een deel van zichzelf veranderen - dit is het meest perfecte wapen. En kan er grotere glorie zijn voor een krijger dan zijn leven te geven voor de keizer en voor het land? "

Takijiro Onishi, vader van de kamikaze

Naast middelen kenden de Japanners ook een personeelstekort. Vliegtuigverliezen waren niet minder catastrofaal en vaak onvervangbaar. Japan was aanzienlijk inferieur aan de Amerikanen in de lucht. Op de een of andere manier was de vorming van luchtdoodseskaders in wezen een gebaar van wanhoop, een hoop om de Amerikaanse opmars niet te stoppen, maar dan toch op zijn minst aanzienlijk te vertragen. Vice-admiraal Onishi en de commandant van de gecombineerde vloot, admiraal Toyoda, die heel goed wisten dat de oorlog al verloren was, hebben bij de oprichting van een korps zelfmoordpiloten berekend dat de schade die de kamikaze-aanvallen aan de Amerikaanse vloot zouden toebrengen, het mogelijk zou maken Japan moet onvoorwaardelijke overgave vermijden en vrede sluiten tegen relatief aanvaardbare omstandigheden.

De Duitse vice-admiraal Helmut Geye schreef ooit: “Het is mogelijk dat er onder ons volk een aantal mensen zijn die zich niet alleen bereid verklaren vrijwillig de dood in te gaan, maar ook voldoende mentale kracht zullen vinden om dat daadwerkelijk te doen. Maar ik heb altijd geloofd en geloof nog steeds dat dergelijke prestaties niet kunnen worden uitgevoerd door vertegenwoordigers van het blanke ras. Het komt natuurlijk voor dat duizenden dappere mensen in het heetst van de strijd handelen zonder hun leven te sparen; dit gebeurde ongetwijfeld vaak in de legers van alle landen van de wereld. Maar als deze of gene persoon zichzelf bij voorbaat vrijwillig tot een zekere dood veroordeelt, is het onwaarschijnlijk dat een dergelijke vorm van gevechtsgebruik van mensen algemeen aanvaard zal worden onder onze volkeren. De Europeaan heeft eenvoudigweg niet dat religieuze fanatisme dat dergelijke exploits zou rechtvaardigen; de Europeaan mist minachting voor de dood en, bijgevolg, voor zijn eigen leven...’

Voor Japanse krijgers, opgegroeid in de geest van bushido, was de belangrijkste prioriteit het uitvoeren van bevelen, zelfs ten koste van hun eigen leven. Het enige dat kamikazes onderscheidde van gewone Japanse soldaten was het vrijwel volledige gebrek aan kans om de missie te overleven.

De term "kamikaze" houdt rechtstreeks verband met de nationale religie van de Japanners - Shinto (Japans: "weg van de goden"), omdat de Japanners, zoals u weet, heidenen zijn. Dit woord werd gebruikt om een ​​orkaan te benoemen die tweemaal, in 1274 en 1281, de vloot van de Mongoolse veroveraars voor de kust van Japan versloeg. Volgens Japanse opvattingen werd de orkaan gestuurd door de dondergod Raijin en de windgod Fujin. Dankzij het shintoïsme werd feitelijk één enkele Japanse natie gevormd; deze religie is de basis van de Japanse nationale psychologie. Volgens deze tekst is de Mikado (keizer) een afstammeling van de geesten van de hemel, en is elke Japanner een afstammeling van minder belangrijke geesten. Daarom is de keizer voor de Japanners, dankzij zijn goddelijke oorsprong, verwant aan het hele volk, fungeert hij als hoofd van de natiefamilie en als de belangrijkste priester van het shintoïsme. En voor iedere Japanner werd het belangrijk gevonden om in de eerste plaats loyaal te zijn aan de keizer.

De Japanners werden vooral beïnvloed door stromingen als het zenboeddhisme en het confucianisme. Zen werd de belangrijkste religie van de samoerai, die in meditatie een manier vonden om hun innerlijke vermogens volledig te ontdekken; de principes van nederigheid en onvoorwaardelijke onderwerping aan het gezag van kinderlijke vroomheid, verkondigd door het confucianisme, vonden vruchtbare grond in de Japanse samenleving.

Samurai-tradities zeiden dat het leven niet eeuwig is, en dat een krijger met een glimlach moest sterven en zonder angst een menigte vijanden binnenstormde, die belichaamd was in de geest van kamikaze. Zelfmoordpiloten hadden ook hun eigen tradities. Ze droegen hetzelfde uniform als gewone piloten, het enige verschil was dat op elk van de 7 knopen 3 sakurabloemblaadjes waren gestempeld. Een integraal onderdeel was de symbolische hachimaki-armband (dezelfde werd soms gedragen door carrièrepiloten), waarop ofwel de hinomaru-zonneschijf was afgebeeld, of er een mystieke slogan op was gedrukt. De meest voorkomende slogan was: “7 levens voor de keizer.”

Een andere traditie is om vóór het opstijgen een slokje sake te nemen. Als je Pearl Harbor hebt gezien, heb je waarschijnlijk gemerkt dat andere piloten hetzelfde principe volgden. Direct op het vliegveld bedekten ze de tafel met een wit tafelkleed - volgens Japanse (en over het algemeen Oost-Aziatische) overtuigingen is dit een symbool van de dood. Ze vulden kopjes met drank en boden deze aan aan alle piloten die in een rij stonden opgesteld terwijl ze op weg gingen naar de vlucht. Kamikaze nam de beker met beide handen aan, maakte een diepe buiging en nam een ​​slok.

Naast het afscheidsslokje sake kreeg de zelfmoordpiloot dozen eten (bento) en 8 rijstballen (makizushi). Dergelijke dozen werden oorspronkelijk gegeven aan piloten die een lange vlucht maakten. Maar al op de Filippijnen begonnen ze kamikazes mee te leveren. Ten eerste omdat hun laatste vlucht lang kon duren en ze op krachten moesten blijven. Ten tweede diende de doos met voedsel voor de piloot, die wist dat hij niet zou terugkeren van de vlucht, als psychologische ondersteuning.

Alle zelfmoordterroristen lieten nagelknipsels en haarlokken achter in speciale kleine, ongeverfde houten doosjes om naar hun familieleden te sturen, zoals elke Japanse soldaat deed.

Kent u de naam Tome Torihama? Ze ging de geschiedenis in als ‘moeder’ of ‘tante kamikaze’. Ze werkte in een restaurant waar kamikazes een paar minuten voor het opstijgen binnenkwamen. De gastvrijheid van Torihama-san was zo wijdverbreid dat de piloten haar moeder begonnen te bellen ( Tocco: maar haha) of tante ( Tokko: oba-san). Van 1929 tot het einde van haar leven woonde ze in het dorp Tiran (Ciran; niet te verwarren met de hoofdstad van Albanië!); momenteel is het de stad Minamikyushu. Toen de Amerikaanse bezetters Chiran binnenkwamen, was ze eerst geschokt door het gebrek aan manieren (ik zal hieraan toevoegen dat alle huidige en vervolgens Amerikanen dit in hun bloed hebben), maar toen veranderde ze haar woede in genade en begon ze op dezelfde manier te behandelen. Net als bij kamikazes, en die op hun beurt, beantwoordden de zelfmoordpiloten dit.

Tome Torihama omringd door kamikazes

Later zal ze zich inspannen om de nagedachtenis van de helden van het land te bewaren. In 1955 zamelde Tome geld in om een ​​kopie te maken van het standbeeld van Kannon, de godin van de genade, dat ter ere van de slachtoffers werd opgericht in een kleine tempel vlakbij het kamikazemuseum in Tirana.

Godin Kannon-standbeeld in Wakayama

Laat ik hieraan toevoegen dat het een bekend Japans bedrijf is Canon, aan wie we het uiterlijk van printers en printapparatuur te danken hebben, is vernoemd naar deze godin. Godinnen van genade.

Op 25 oktober 1944 werd de eerste massale kamikaze-aanval op vijandelijke vliegdekschepen uitgevoerd in de Golf van Leyte. Nadat ze 17 vliegtuigen hadden verloren, slaagden de Japanners erin er één te vernietigen en zes vijandelijke vliegdekschepen te beschadigen. Het was een onbetwist succes voor de innovatieve tactieken van Onishi Takijiro, vooral gezien het feit dat de tweede luchtvloot van admiraal Fukudome Shigeru de dag ervoor 150 vliegtuigen had verloren zonder enig succes te boeken. De eerste Zero raakte de achtersteven van de USS Senti, waarbij 16 mensen omkwamen bij de explosie en brand ontstond. Enkele minuten later werd ook het vliegdekschip Suwanee uitgeschakeld. Branden veroorzaakt door een kamikaze die het dek van het escortevliegdekschip Saint-Lo raakte, veroorzaakten al snel de ontploffing van het arsenaal, waardoor het schip uit elkaar werd gescheurd. 114 bemanningsleden kwamen om. In totaal brachten de Japanners als gevolg van deze aanval één tot zinken en schakelden zes vliegdekschepen uit, waarbij 17 vliegtuigen verloren gingen.

Niet alle Japanse piloten deelden deze tactiek echter; er waren uitzonderingen. Op 11 november redde een van de Amerikaanse torpedobootjagers een Japanse kamikazepiloot. De piloot maakte deel uit van de Tweede Luchtvloot van admiraal Fukudome, die op 22 oktober vanuit Formosa werd overgebracht om deel te nemen aan Operatie Se-Go. Hij legde uit dat er bij aankomst op de Filippijnen geen sprake was van zelfmoordaanslagen. Maar op 25 oktober begonnen zich haastig kamikazegroepen te vormen in de Tweede Luchtvloot. Al op 27 oktober kondigde de commandant van het squadron waarin de piloot diende aan zijn ondergeschikten aan dat hun eenheid bedoeld was om zelfmoordaanslagen uit te voeren. De piloot zelf vond het idee van dergelijke aanvallen dom. Hij was niet van plan te sterven en de piloot gaf eerlijk toe dat hij nooit het verlangen had gevoeld zelfmoord te plegen.

In het licht van de toenemende verliezen in de bommenwerperluchtvaart werd het idee geboren om Amerikaanse schepen alleen met gevechtsvliegtuigen aan te vallen. De lichtgewicht Zero was niet in staat een zware, krachtige bom of torpedo op te tillen, maar kon wel een bom van 250 kilogram vervoeren. Natuurlijk kun je met zo’n bom een ​​vliegdekschip niet tot zinken brengen, maar het was heel goed mogelijk om het voor een lange periode buiten werking te stellen. Het is genoeg om de cockpit te beschadigen.

Admiraal Onishi kwam tot de conclusie dat 3 kamikazevliegtuigen en 2 escortejagers een kleine, en daardoor vrij mobiele en optimaal samengestelde groep vormden. Escortjagers speelden een uiterst belangrijke rol. Ze moesten aanvallen van vijandelijke interceptors afslaan totdat de kamikazevliegtuigen op het doel afstormden.

Vanwege het gevaar van detectie door radars of jagers van vliegdekschepen, gebruikten kamikazepiloten 2 methoden om het doel te bereiken: vliegen op een extreem lage hoogte van 10-15 meter en op extreem grote hoogte - 6-7 kilometer. Beide methoden vereisten goed gekwalificeerde piloten en betrouwbare apparatuur.

In de toekomst was het echter nodig om elk vliegtuig te gebruiken, inclusief verouderde en trainingsvliegtuigen, en de kamikazepiloten werden gerekruteerd door jonge en onervaren rekruten die simpelweg geen tijd hadden om voldoende te trainen.

Het aanvankelijke succes leidde tot onmiddellijke uitbreiding van het programma. In de daaropvolgende maanden voerden meer dan 2.000 vliegtuigen zelfmoordaanslagen uit. Er werden ook nieuwe soorten wapens ontwikkeld, waaronder de bemande kruisbommen van Yokosuka MXY7 Oka, bemande Kaiten-torpedo's en kleine speedboten boordevol explosieven.

Op 29 oktober beschadigden kamikazevliegtuigen de vliegdekschepen Franklin (33 vliegtuigen werden vernietigd aan boord van het schip, 56 matrozen kwamen om) en Bello Wood (92 doden, 44 gewonden). Op 1 november werd de torpedobootjager Abner Reed tot zinken gebracht en werden nog twee torpedobootjagers uitgeschakeld. Op 5 november raakte het vliegdekschip Lexington beschadigd (41 mensen kwamen om, 126 raakten gewond). Op 25 november raakten nog eens 4 vliegdekschepen beschadigd.

Op 26 november vielen kamikazes transportschepen en dekkingsschepen in de Golf van Leyte aan. De vernietiger "Cooper" werd tot zinken gebracht, de slagschepen "Colorado", "Maryland", de kruiser "St. Louis" en nog 4 torpedobootjagers raakten beschadigd. In december werden de torpedobootjagers Mahan, Ward, Lamson en zes transportschepen tot zinken gebracht en raakten enkele tientallen schepen beschadigd. Op 3 januari 1945 veroorzaakte een kamikaze op het vliegdekschip Ommany Bay brand; al snel explodeerde het schip als gevolg van de ontploffing van munitie en zonk, met 95 matrozen met zich mee. Op 6 januari raakten de slagschepen New Mexico en de California, die na Pearl Harbor nieuw leven werden ingeblazen, beschadigd.

In totaal verloren de Amerikanen als gevolg van kamikaze-acties in de Slag om de Filippijnen twee vliegdekschepen, zes torpedobootjagers en elf transportschepen; 22 vliegdekschepen, vijf slagschepen, tien kruisers en 23 torpedobootjagers raakten beschadigd.

Op 21 maart 1945 werd voor het eerst een mislukte poging ondernomen om het bemande projectielvliegtuig Yokosuka MXY7 Oka te gebruiken door het Thunder Gods-detachement. Dit vliegtuig was een raketaangedreven vliegtuig dat speciaal was ontworpen voor kamikaze-aanvallen en was uitgerust met een bom van 1.200 kg. Tijdens de aanval werd het Oka-projectiel door een Mitsubishi G4M de lucht in getild totdat het zich binnen de kill-radius bevond. Na het loskoppelen moest de piloot, in hovermodus, het vliegtuig zo dicht mogelijk bij het doel brengen, de raketmotoren aanzetten en vervolgens het beoogde schip met hoge snelheid rammen. De geallieerde troepen leerden al snel hoe ze het Oka-vliegdekschip moesten aanvallen voordat deze een raket kon lanceren. Het eerste succesvolle gebruik van Oka-vliegtuigen vond plaats op 12 april, toen een raketvliegtuig bestuurd door de 22-jarige luitenant Dohi Saburo de radarpatrouillevernietiger Mannert L. Abele tot zinken bracht.

Yokosuka MXY7 Oké

Maar de grootste schade werd veroorzaakt door kamikazes in de gevechten om Okinawa. Van de 28 door vliegtuigen tot zinken gebrachte schepen werden er 26 door kamikazes naar de bodem gestuurd. Van de 225 beschadigde schepen werden er 164 beschadigd door kamikazes, waaronder 27 vliegdekschepen en verschillende slagschepen en kruisers. Vier Britse vliegdekschepen kregen vijf treffers van kamikazevliegtuigen. In totaal namen 1.465 vliegtuigen deel aan de aanvallen.
Op 3 april werd het vliegdekschip Wake Island uitgeschakeld. Op 6 april werd samen met de gehele bemanning (94 personen) de torpedobootjager Bush vernietigd, waarbij 4 vliegtuigen neerstortten. Ook de torpedobootjager Calhoun werd tot zinken gebracht. Op 7 april raakte het vliegdekschip Hancock beschadigd, werden 20 vliegtuigen vernietigd, 72 mensen kwamen om en 82 raakten gewond.

Vliegdekschip Hancock na een kamikaze-aanval

Vóór 16 april werd nog een torpedobootjager tot zinken gebracht, werden 3 vliegdekschepen, een slagschip en 9 torpedobootjagers uitgeschakeld. Op 4 mei brandde het vliegdekschip Sangamon met 21 vliegtuigen aan boord volledig af. Op 11 mei veroorzaakten twee kamikaze-treffers een brand op het vliegdekschip Bunker Hill, waarbij 80 vliegtuigen werden vernietigd, 391 mensen omkwamen en 264 mensen gewond raakten.

Brand op de USS Bunker Hill

Kiyoshi Ogawa, de kamikaze die Bunker Hill ramde

Tegen het einde van de Slag om Okinawa had de Amerikaanse vloot 26 schepen verloren, 225 raakten beschadigd, waaronder 27 vliegdekschepen.

Het Thunder Gods Corps leed zware verliezen. Van de 185 Oka-vliegtuigen die voor de aanvallen werden gebruikt, werden er 118 door de vijand vernietigd, waarbij 438 piloten omkwamen, waaronder 56 ‘dondergoden’ en 372 bemanningsleden van het vliegdekschip. Het laatste schip dat de Verenigde Staten in de Pacific War verloren, was de torpedobootjager USS Callahan. In het Okinawa-gebied slaagde er op 29 juli 1945, gebruik makend van de duisternis van de nacht, een oude, op lage snelheid werkende tweedekker Aichi D2A met een bom van 60 kilogram op 0-41 erin om door te breken naar de Callahan en deze te rammen. De klap trof de brug van de kapitein. Er brak brand uit, wat leidde tot een explosie van munitie in de kelder. De bemanning verliet het zinkende schip. 47 matrozen kwamen om en 73 mensen raakten gewond.

Tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog had de Japanse marineluchtvaart 2.525 kamikazepiloten opgeleid, en het leger leverde nog eens 1.387. Volgens Japanse verklaringen zijn 81 schepen tot zinken gebracht en 195 beschadigd als gevolg van kamikaze-aanvallen. Volgens Amerikaanse gegevens bedroegen de verliezen 34 gezonken en 288 beschadigde schepen. Daarnaast was ook het psychologische effect op Amerikaanse zeelieden van groot belang.

De Japanse luchtvaart heeft nooit problemen gehad met een tekort aan kamikazepiloten; integendeel: er waren drie keer meer vrijwilligers dan vliegtuigen. Het merendeel van de kamikazes bestond uit twintigjarige universiteitsstudenten; de redenen om zich bij zelfmoordcommando's aan te sluiten varieerden van patriottisme tot de wens om hun familie te verheerlijken. En toch liggen de onderliggende redenen voor dit fenomeen in de cultuur van Japan zelf, in de tradities van Bushido en middeleeuwse samoerai. Ook de bijzondere houding van de Japanners ten opzichte van de dood speelt bij dit fenomeen een grote rol. Eervol sterven voor het land en voor de keizer was voor veel jonge Japanners in die tijd het hoogste doel. Kamikazes werden geprezen als helden, er werd in tempels voor hen gebeden als heiligen, en hun families werden onmiddellijk de meest gerespecteerde mensen in hun stad.

Beroemde kamikazes

Matome Ugaki is vice-admiraal en commandant van de 5e luchtvloot van de Japanse marine. Ondernam op 15 augustus 1945 een gevechtsmissie naar het Okinawa-gebied tijdens een kamikazemissie als onderdeel van een groep van 7 vliegtuigen behorend tot de 701st Air Group. Ging dood

Ugaki Matome

Seki, Yukio - luitenant, afgestudeerd aan de Marine Academie. Zonder de mening van het commando over kamikazetactieken te delen, gehoorzaamde hij het bevel en leidde hij de eerste speciale aanvalsmacht. Hij vloog op 25 oktober 1944 een gevechtsmissie van Mabalacat Air Base naar de Golf van Leyte tijdens een kamikaze-missie, waarbij hij een groep van vijf vliegtuigen leidde die tot het 201st Air Corps behoorden. Het vliegdekschip Saint Lo werd verwoest door een ram. Ging dood Het vliegdekschip Kalinin Bay werd uitgeschakeld door andere leden van de groep en nog eens twee raakten beschadigd. De eerste succesvolle kamikaze-aanval.

Yukio Seki

Het is interessant dat de kamikazes het beroemde lied “Umi Yukaba” zongen voordat ze vertrokken.

Origineel:

海行かば(Umi yukaba)
水漬く屍(Mizuku kabane)
山行かば(Yama Yukaba)
草生す屍(Kusa musu kabane)
大君の(O: kimi nee)
辺にこそ死なめ(He ni koso siname)
かへり見はせじ(Kaerimi wa sedzi)

of optie:

長閑には死なじ(Nodo ni wa sinadzi)

Vertaling:

Als we over zee vertrekken,
Laat de zee ons opslokken
Als we de berg verlaten,
Laat het gras ons bedekken.
O grote soeverein,
Wij zullen aan jouw voeten sterven
Laten we niet achterom kijken.

De schok van de Angelsaksen was zo ernstig dat de commandant van de Amerikaanse Pacific Fleet, admiraal Chester Nimitz, voorstelde informatie over de kamikaze-aanvallen geheim te houden. Amerikaanse militaire censuur heeft strikte beperkingen opgelegd aan de verspreiding van berichten over zelfmoordaanslagen door piloten. Ook de Britse bondgenoten spraken tot het einde van de oorlog niet over kamikazes.

Opgemerkt moet worden dat in wanhopige situaties, in het heetst van de strijd, vuurrammen werden uitgevoerd door piloten uit vele landen. Maar niemand behalve de Japanners vertrouwde op zelfmoordaanslagen.

Kantaro Suzuki, premier van Japan tijdens de oorlog. Vervangt Hiroshi Oshima in dit bericht

De voormalige premier van Japan, admiraal Kantaro Suzuki zelf, die meer dan eens de dood in de ogen keek, beoordeelde kamikazes en hun tactieken als volgt: “De geest en heldendaden van kamikazepiloten roepen zeker diepe bewondering op. Maar deze tactieken zijn vanuit strategisch oogpunt bezien defaitistisch. Een verantwoordelijke commandant zou nooit zijn toevlucht nemen tot dergelijke noodmaatregelen. Kamikaze-aanvallen zijn een duidelijke indicatie van onze angst voor een onvermijdelijke nederlaag, terwijl er geen andere opties waren om de loop van de oorlog te veranderen. De luchtoperaties die we op de Filippijnen begonnen uit te voeren, lieten geen overlevingskansen bestaan. Na de dood van ervaren piloten moesten ook minder ervaren piloten en uiteindelijk degenen die helemaal geen training hadden gehad, in zelfmoordaanslagen worden geworpen.”

Geheugen

In de ‘beschaafde’ westerse wereld, vooral in de VS en Groot-Brittannië, worden kamikazes op alle mogelijke manieren met modder gegooid. De Amerikanen stellen hen op één lijn met de daders van de terroristen van 11 september, en dit is voor niemand lange tijd een geheim geweest. Dit is een verder bewijs dat de Verenigde Staten een zielloze en zieke samenleving zijn, zoals Evgeni Viktorovich Novikov terecht opmerkte, en die op alle mogelijke manieren de nagedachtenis aantast van degenen die gisteren hebben bijgedragen aan de bevrijding van de planeet van het Amerikaanse kapitalistische globalisme. In Japan werd dankzij de inspanningen van diezelfde ‘kamikaze-moeder’ Tome Torihama een museum geopend, dat dit jaar zijn 40-jarig jubileum viert.

Tirana Kamikaze-museum, Minamikyushu. Prefectuur Kagoshima, Japan

Het museum toont foto's, persoonlijke spullen en de laatste brieven van 1.036 legerpiloten, waaronder een ouderwetse piano waarop twee piloten de dag voor vertrek "Moonlight Sonata" speelden, evenals 4 vliegtuigmodellen die werden gebruikt bij kamikaze-aanvallen: de Nakajima Ki-43 "Hayabusa", Kawasaki Ki-61 "Hien", Nakajima Ki-84 "Hayate" en de zwaar beschadigde en verroeste Mitsubishi A6M "Zero", in 1980 uit de zeebodem gehaald. Daarnaast toont het museum verschillende korte video's samengesteld uit oorlogsfoto's en -video's, evenals een film van 30 minuten gewijd aan de laatste brieven van de piloten.

Naast het museum staat een boeddhistische tempel gewijd aan de godin van de genade Kannon. Er is een kleinere kopie van het standbeeld Yumetigai Kannon (Dream-Changing Kannon) geïnstalleerd in de Horyu-ji-tempel in Nara. Donaties voor de installatie werden ingezameld door ‘kamikaze-moeder’ Tome Torihama, de eigenaar van een restaurant in Tirana dat militaire piloten bediende. In de replica zit een boekrol met de namen van de overleden piloten. Langs de weg die naar het museum leidt, staan ​​stenen toro-lantaarns met gestileerde afbeeldingen van kamikazes erop.

De materialen die in het museum worden getoond, stellen de gevallen piloten in een zeer positief daglicht en portretteren hen als jonge dappere mannen die zichzelf vrijwillig opofferden uit liefde voor hun vaderland, maar dit geldt alleen voor legerpiloten: er zijn zeer weinig verwijzingen naar piloten van de marineluchtvaart. , van wie er meer kamikazes waren. Bovendien telt het museum alleen de doden bij veldslagen bij Okinawa, terwijl op de Filippijnen en elders enkele honderden kamikazes van het leger omkwamen.

Het is interessant dat de eerste regisseur de 'mislukte kamikaze' Tadamasa Itatsu was, die het overleefde omdat alle missies waaraan hij deelnam of zou deelnemen, zonder succes eindigden.

Aan het eind van mijn verhaal wil ik één vraag stellen: zijn kamikazes dus dezelfde soort oorlogsmisdadigers die moeten worden vernield en berecht? Niets van dien aard: kamikaze is een voorbeeld van de heldenmoed van de krijgers van de keizer, de Yamato-krijgers, de krijgers van hun land. Met hun dodelijke daden bewezen ze dat hun geweten en ziel zuiver en onberispelijk waren, in tegenstelling tot degenen die hen begin augustus 1945 bombardeerden.

Glorie voor jou, Helden van Yamato! Dood aan de bezetters!

Mini-galerij

Aanval van de USS Columbia

Een militair geheim. Wanneer zal de ineenstorting van het Amerikaanse imperium beginnen?(het begin van het verhaal over kamikaze vanaf de 47e minuut):

Aria. Rijkswacht: